Inktvlam schreef: ↑22 okt 2018, 19:52
Als het zo goed onderbouwd is, kun je het toch wel even kort in je eigen woorden uitleggen.
Tssssss HJW zeker? Ik doe het wel ff voor 'm in m'n eigen woorden.
Allereerst:
De Soncino Press zegt duidelijk:
13-liii. 12. The servant's martyrdom and ultimate triumph. The servant is the ideal Israel or the faithful remnant. Cf. supra xli. 8f., xliv. 1f., xlv.4. (Kimchi).
Het is in Jesaja telkens letterlijk Israel dat schuldig is en lijdt en er wordt tevens steeds letterlijk door Jesaja gesteld dat Israel uitverkoren is, niet door JHWH vergeten zal worden en zal worden hersteld in zijn oude glorie. Het is Israel dat lijdt vanwege z'n schulden: er staat niet dat
de knecht omwille
van Israel's schuld heeft geleden, maar vanwege Israel's schuld: " … Maar hij is מפשענו = vanwege/vanuit onze overtredingen (niet: "om" onze overtredingen) verwond, ומפשענו = vanwege/vanuit onze ongerechtigheden (niet: "om" onze ongerechtigheden) is hij verbrijzeld…" en " … Hij is uit
de angst en uit het gericht weggenomen; en wie zal Zijn leeftijd uitspreken? Want hij is afgesneden uit het land
van de levenden; om (vanwege!)
de overtreding
van Mijn volk is
de plaag op hun (!) geweest." (klik).
Ten tweede kom je grammaticaal nogal in een benarde positie indien je wilt stellen dat een enkeling
de schuld droeg, aangezien למו ("lamo") letterlijk betekent "aan/op hun" (meervoud), zoals
de Joodse vertalingen hebben: klik. Telkens als Jesaja
de term למו ("lamo") gebruikt, wordt het door Christelijke Bijbels correct meervoudig vertaald als ''op/voor/aan hen'': zie Jesaja 16:4 (voor hen), Jesaja 23:1 (aan hen), Jesaja 26:14 (op hen), Jesaja 26:16 (voor hen), Jesaja 35:8 (voor hen), Jesaja 43:8 (voor wie aan hen), Jesaja 44:7 (voor hen), Jesaja 48:21 (voor hen). Maar in Jesaja 53 vertaalt men het plots enkelvoudig vertaald: op hem.
Daar valt grammaticaal wel een mouw aan te passen, door
de term ''naga'', die ervoor komt, mee te nemen in
de betekenis
van het woord, zodat ook
de individuele interpretatie niet onmogelijk wordt. In beide gevallen is
de interpretatie waarbij
de knecht een verwijzing is naar Israel, of representatief gedeelte
van Israel, een goede mogelijkheid. Echter,
de interpretatie waarbij
de knecht een verwijzing zou zijn naar een individu, zoals
de messias, is slechts in één
van de gevallen een mogelijkheid. Ook dit spreekt in het voordeel
van een pluriforme knecht.
Ten derde: Een ander punt betreft
de term במותיו (b'motav) welke eveneens meervoudig is – dat betekent: "in zijn doden"/"in zijn soorten dood'', en niet: "in zijn dood". "In zijn dood" is in het Hebreeuws במותו (b'moto). Weer een sterk punt dat pleit voor
de interpretatie
van de knecht als een pluriforme eenheid, in tegenstelling tot een individu.
De enige manier waarop dit woord
de enkelvoudige vorm aan kan nemen, is vanwege het feit dat een meervoudig zelfstandig naamwoord in het Hebreeuws soms enkelvoudig kan worden begrepen. Je bent gedwongen
van deze zeldzaamheid uit te gaan, aangezien Jezus 1 maal stierf, terwijl daarentegen
de knecht Israel een pluriforme eenheid is en dus meerdere doden kent:
de doden
van Israel.
Ten vierde: Eveneens belangrijk is
de uitdrukking יאריך ימים. Deze uitdrukking is betrekkelijk algemeen in
de Tanach en betekent niet eeuwig leven, maar een duidt op verlenging
van het tijdelijke aardse leven. Er wordt
van Jezus gezegd dat hij na zijn opstanding eeuwig leven ontving.
De Hebreeuwse combinatie voor "Eeuwig leven" is echter חיי עולם. Aangezien er dus een term bestaat voor het "eeuwige leven", pleit het gebruik
van de uitdrukking יאריך ימים door Jesaja, tegen
de intentie
van het eeuwige leven.
De meest logische vertaling betreft een verlenging
van het tijdelijke aardse bestaan, aangezien beide termen bekend zijn in
de Tanach en het Hebreeuwse woordgebruik.
Ten vijfde:
De combinatie זרע verwijst naar biologisch nakomelingschap. Het kan welliswaar metaforisch worden opgevat, maar voor spirituele volgelingen of "figuurlijke" kinderen bestaat
de term בן. Een stukje verderop in hetzelfde Boek
van Jesaja wordt deze figuurlijke term gehanteerd ( "Zing vrolijk, jij onvruchtbare, [die] niet gebaard hebt! maak geschal met vrolijk gezang, en juich, [die] geen barensnood gehad hebt! want
de kinderen (בני)
van de eenzame zijn meer, dan
de kinderen (מבני)
van de getrouwde, zegt J-H-W-H.").
Als je kijkt hoevaak זרע verwijst naar naar biologische nakomelingen, of echt zaad (al dan niet metaforisch, zoals in het geval
van Jeremiah) en dit afweegt tegenover het aantal keren dat het gebruikt wordt om discipelen mee aan te duiden, dan kom je op ongeveer 200 tegen 0 in het voordeel
van biologisch nakomelingschap, of echt zaad. Dat is een uitslag waar ieder voetbalteam jaloers op zou zijn. Als je het specifieker gaat bekijken en je alleen concentreert op het Boek Jesaja, dan is
de uitslag ongeveer 20-0; ook daar hoeft een voetbalploeg zich niet voor te schamen. En als je het nog specifieker gaat bekijken, en je je alleen concentreert op die instanties waar זרע naar fysiek nakomelingschap verwijst versus het aantal maal dat het refereert aan discipelen, dan is het 15-0 (zie Jesaja 65:9, , Jesaja 41:8, Jesaja 66:22, Jesaja 43:5, Jesaja 44:3, Jesaja 45:19, Jesaja 45:25, Jesaja 48:19, Jesaja 54:3, Jesaja 57:3, Jesaja 57:4, Jesaja 65:23, Jesaja 1:4, Jesaja 59:21, Jesaja 61:9).
Vooral imposant is, dat
de tegenstander geen enkel punt heeft kunnen maken in deze wedstrijd: nergens wordt זרע gebruikt als referentie naar discipelen. Ook dit pleit weer in voordeel voor
de interpretatie waarin
de knecht naar Israel, of een representatief deel
van Israel verwijst.
Ten zesde:
De Hebreeuwse combinatie יצדיק צדיק duidt niet op
de rechtvaardigheid
van de knecht zelf, maar op het feit dat
de knecht rechtvaardigt. Het eerste woord (יצדיק) is een werkwoord in
de derde persoon mannelijk toekomende tijd: hij zal rechtvaardigen. Het tweede woord is een zelfstandig naamwoord:
de rechtvaardige.
De knecht zal
de rechtvaardige rechtvaardigen,
de rechtvaardige in het gelijk stellen, wettigen.
De Christelijke Kerkvader schreef dat volgens Joodse Torah geleerden (chachamiem) het volk Israel
de lijdende knecht was in Jesaja 53. Logisch, want naast
de grammaticale issues, is Israel een man
van smarten, ziek, met een verdorven gelaat (Jesaja 1:5-6), Israel zal worden verheven en zal een zegening wezen (Zacharia 8:13); Volkeren zullen zich over Israel ontzetten ("als in
de dagen toen je uit Egypte kwam, zal Ik hem wonderen laten zien.
De volkeren zullen het zien en beschaamd worden, beroofd
van alle kracht; zij zullen hun hand op
de mond leggen, hun oren zullen doof worden.."). Velen zullen zich dankzij Israel's komende rechtvaardigheid keren naar God, koningen/leiders en volkeren zullen Israel's heerlijkheid zien en zullen het eren en God’s voornemen zal in zijn hand voortgang hebben (Jesaja 62:2-12). Aan Israel is God's arm geopenbaard (Jesaja 63:12-13, Jesaja 62:8 en Jesaja 51:9). Israel is geplant in een dor land; op
de aarde geworpen, zijn vrucht verdroogd (Ezchi'el 19:12-13); Israel was verlaten en gehaat (Jesaja 60:15). Israel werd als een slachtschaap behandeld om God’s wil (Psalm 44:12; Psalm 44:23). Vanwege
de overtreding
van Israel was
de plaag op Israel (Jesaja 1:4-6). God gebruikte andere volken om Israel te straffen (Jesaja 10:5; Jeremia 30:12-15). Israel was verwond vanuit (מ)
de overtredingen
van anderen (Jeremia 10:25); Israel was inderdaad verwond (Jesaja 30:26; en Jeremia 30:17 zegt dat God onze wonden zal helen; Israel verdroeg pijn
van anderen, terwijl degenen die Israel verslonden zichzelf daaraan als onschuldig beschouwden (Jeremia 50:6-7); Israel was afgesneden en begraven tussen
de goddelozen
van de naties en zal herrijzen uit hun graven (Ezechi'el 37:11-12); Israel zal rechtvaardig zijn (Jesaja 60:21; Jesaja 43:25); het overblijfsel
van Israel zal na het ernstige lijden geen onrecht meer doen, noch zal er leugen, noch bedriegelijke taal in hun mond worden gevonden (Zefanja 3:13); Israel zal nakomelingen zien (Jesaja 44:3-4; Zacharia 10:8; Ezechi'el 36:37). Israel's dagen zullen worden verlengd (Ezechi'el 37:25); Israel bidt voor andere naties ("En zoek
de vrede
van de stad, waarheen Ik u in gevangenschap heb doen wegvoeren, en bidt voor haar tot
de HEER; want in haar vrede zult gij vrede hebben" Jeremia 29:7).
En
de messias? Wel,
de messias een man
van smarten?
De messias die onze overtredingen draagt?
De messias geplaagd en vertrouwd met ziekte?
De messias zonder gestalte en luister?
De messias veracht en door ons niet geacht?
De messias vanuit onze ongerechtigheden verbrijzeld?
De messias in
de metafoor
van een stom slachtschaap, als een lam ter slachting?
De messias weggesneden uit het land
van de levenden? Het graf
van de messias bij
de goddelozen gesteld?
De messias ziek en geplaagd? ...