Zonder elders een antwoord te hebben op het issue, ga je hier vrolijk verder hetzelfde te claimen.
Dat Jezus aannemelijkerwijs geen echte fysieke wonderen verrichtte, daar zijn we het over eens. Echter, dat betekent nergens dat de christelijke schrijvers van de werken uit de christelijke Canon niet oprecht geloofden dat Jezus echt fysieke wonderen had verricht. In jouw visie zijn de lammen die Jezus genas niet meer fysiek lam, maar emotioneel lamgeslagen, terwijl de doden lieden betroffen die zich in een graf wanen en vol angst leven. Als reeds eerder gezegd, kan een vlucht naar een louter metaforische lezing echter aan de hand van de bijbelwetenschap en tekstkritiek eenvoudig de weg worden afgesneden.
Waarom kijk je niet gewoon naar wat de bijbelwetenschappers, tekstcritici en hitorici zeggen, in plaats van apologeten en theologen te volgen wiens beroep het is vooral het religieuze boekwerk en het geloof z'n waarde te laten behouden? Zoals in dit topic gezegd, werd Jezus door de schrijvers gezien als een apocalyptische wonderdoener, hetgeen vrij helder aan te tonen valt. Niet alleen verwees de Jezus van hun boeken naar zijn wonderdaden als bewijzen voor zijn missie, maar eveneens blijkt uit Johannes 2:23 dat velen in Jezus geloofden vanwege de wonderdaden: ''En toen Hij in Jeruzalem was, tijdens pesach, op het feest, geloofden velen in Zijn naam, ziende Zijn wonderen die Hij deed''. En Paulus zegt over zichzelf in 2 Korinthiërs 12:12: ''De merktekenen van een apostel zijn onder u betoond in alle lijdzaamheid, met tekenen (σημείοις), en wonderen (τέρασιν), en krachten (δυνάμεσιν)''. Eveneens in zijn Romeinenbrief 15:19 verwijst Paulus letterlijk naar zijn tekenen en wonderdaden. Hier had ik reeds de wonderen en tekenen opgesomd die Paulus volgens de christelijke Canon had verricht.
Ook extern materiaal, zoals het Testimonium Flavianum, verwijst naar Jezus als een doener van ''wonderdaden'' (de versie die door bijbelwetenschappers als Geza Vermes wordt gegeven). En ga je naar Markus en zelfs het bronmateriaal in Q, dan komt dezelfde intentie helder naar voren. Jezus was bij tegenstanders berucht vanwege zijn wonderdaden: ''Bij Beëlzebul, de prins van de demonen, drijft hij demonen uit''. Eveneens is relevant dat de tekst vervolgt met Jezus' vraag: ''Door wie drijven jullie volgelingen ze uit?'', hetgeen aantoont dat Jezus bediening van exorcisme toendertijd niet uniek was. Het ziet er bovendien sterk naar uit dat de Talmoed Sanhedrien 43a zijn executie rechtvaardigt op grond van het feit dat ''hij tovenarij beoefende en Israël op een dwaalspoor bracht''.
Lukas 11:20 geeft – ondersteund door Q – Jezus' eigen interpretatie van deze daden: ''Als ik demonen uitdrijf door de vinger van God, dan is het koninkrijk van God over jullie gekomen''. Deze ene regel is het onderwerp van een aanzienlijke wetenschappelijke discussie, want het onthult de betekenis die Jezus hechtte aan zijn paradoxa erga. Jezus' wonderdaden waren volgens hemzelf verre van uitingen van duistere magie, maar het bewijs dat Gods langverwachte heerschappij over de wereld begon te dagen.
Een tweede passage - eveneens ondersteund door Q - wijst in dezelfde richting. Ergens rond 28-29 n.Chr. werd Jezus' mentor, Johannes de Doper, gearresteerd. Johannes stuurde enkele van zijn overgebleven discipelen om Jezus de vraag te stellen: ''Bent u degene?'' (Mattheus 11:2-6, Lukas 7:18-23). De apocalyptische lading is duidelijk zichtbaar in zowel de vraag als het antwoord: ''Ga heen en boodschap Johannes terug wat je hoort en ziet: de blinden worden ziende, en de kreupelen wandelen; de melaatsen worden gereinigd, en de doven horen; de doden worden opgewekt, en de armen wordt het goede nieuws verkondigd''.
De dode zeerollen bevestigen dat ten tijde van Jezus de verwachting actueel was dat de komst van Gods messias vergezeld zou gaan van zulke wonderbaarlijke gebeurtenissen, zoals de vervulling van Jesaja's bovengenoemde profetieën. Men verlangde naar het eind aan de straffen uit de lange lijst in Deuteronomium 28, die aan Israël werden opgelegd vanaf 1 en 2 Koningen toen de natie zich afkeerde van het aanbidden van de enige ware God - waaronder koorts, huidziekte, blindheid, krankzinnigheid en een aantal andere onaangename fysieke omstandigheden, zoals dood. De Dode Zeerollen zeggen:
''Want [JHWH] zal de rechtvaardigen eren op de troon van een eeuwig koninkrijk, de gevangenen bevrijden, de blinden zicht geven. En JHWH zal als nooit tevoren wonderbaarlijke daden verrichten, zoals hij zegt, want hij zal de zieken genezen en de doden laten leven, hij zal goed nieuws verkondigen aan de armen'' (4Q521). Deze passage werd neergepend voorafgaand aan Jezus en het christendom. Dat was simpelweg de tijdgeest van die periode. En Jezus was lang niet de enige wonderdoener van die tijd.4Q521 -- de 4Q-messiaanse apocalyps schreef:כי יכבד את חסידים על כסא מלכות עד
מחיר אסורים פוקח עורים זוקף כ[פופים ...]
יל[ע]לם אדבק [במי]חלים ובחסדו [...]
ופר[י ...]יש לוא יתאחר
ונכבדות שלוא היו יעשה אדני כאשר ד[בר]
[כי] ירפא חללים ומתים יחיה ענוים יבשר
ו[...] ש[...]ושים ינהל ורעבים יעשר
וכלם