Christiaan schreef:Zolderworm schreef:Christiaan schreef:
Sorry dat ik het zeg, maar dit is echt nonsens. Als je zegt dat het niet geloven in een god hetzelfde is als geloven dat er geen god is, dan is er iets mis met jouw logica.
Help, dit is toch een beetje op de man spelen bij gebrek aan argumenten.
Sorry Zolderworm, dat is niet de bedoeling. Maar als je het verschil niet ziet tussen niet geloven dat god bestaat en geloven dat god niet bestaat, dan houdt het al snel op. Ik zal hieronder nog een poging wagen.
Als jij bij voorbaat stelt dat je gelijk heb en dat ik het niet zie als ik iets anders beweer, dan is inderdaad een normaal gesprek niet mogelijk. Dan houdt het op.
Zolderworm schreef:Christiaan schreef:Wat betreft jouw voorbeeld van Piet, ik weet dan zeker dat jouw buurman niet de tour de france wint. Dus dan is dat ook geen geloof.
Hoezo, weet je dat zeker? Ik denk dat jij te weinig informatie hebt om het zeker te kunnen weten. Het kan best zijn dat mijn buurman Piet een uitmuntende sportman is, maar nu even de hoek van de straat nauwelijks haalt, omdat hij zijn bril kwijt is. Je zult echt meer informatie moeten hebben om het zeker te weten. Het zelfde geldt voor het bestaan van God. Je zult meer informatie moeten hebben om zeker te weten dat jouw afwijzing van het geloof in God juist is. Tot die tijd is het een niet zeker weten, en kun je op z'n best zeggen: ik geloof dat mensen die in God geloven, het bij het verkeerde eind hebben. Dus geloof je iets. Dus is het een geloof.
Je gaf aan dat Piet overleden was. Dat lijkt mij genoeg informatie om te kunnen beoordelen dat hij niet de Tour de France zal winnen.
Nee, want mijn buurman Piet is vanmorgen als gevolg van een nieuwe methode binnen de wetenschap uit de dood opgestaan. Hij bleek alleen maar schijndood. Maar het gaat erom dat je niet met honderd procent zekerheid kunt zeggen dat de God, zoals de gelovigen hem zien, niet bestaat. En dat is wat een atheïst wel pretendeert.
Zolderworm schreef:Christiaan schreef:Een ander voorbeeld: Stel, we zitten samen aan tafel en iemand komt met een grote pot met knikkers. Jij beweert (zonder dat je de knikkers heb geteldt) bv dat er een even-aantal knikkers in de pot zit. Ik ben niet overtuigd dat jij dat kunt weten, dus ik geloof jouw claim niet. Dat wil niet zeggen dat ik geloof dat het aantal oneven is. Ik geloof geen van beide, omdat ik niet kan bepalen hoeveel knikkers erin zitten.
Jij gelooft dat hetgeen ik geloof niet juist is, omdat je gelooft dat ik het niet kan weten. (Jij gelooft dat hetgeen gelovigen geloven niet juist is, omdat je gelooft dat zij het niet kunnen weten.) Dat is wat je gelooft. Dus geloof je iets. Dus is het geloof. Je weet het namelijk niet zeker. Want misschien beschik ik wel over paranormale supervermogens en kan ik wel degelijk bepalen hoeveel knikkers er in de pot zitten, zonder ze te tellen. Ook dat geloof je niet, en het is zeker niet waarschijnlijk. Maar je kunt (als gewoon mens) niet zeker weten dat ik niet over dergelijke vermogens beschik. Dus niet zeker weten is geloven. Dus heb je een geloof.
Ik zeg ook niet dat ik niets geloof. Ik geef alleen aan dat wanneer ik niet geloof dat het aantal even is, ik dan geloof dat het aantal oneven is. Jij stelt dat wanneer ik niet geloof dat het een even aantal is, ik dan geloof dat het oneven is. Dat is onjuist.
Nee, het gaat erom dat je niet gelooft dat ik met zekerheid kan stellen dat het aantal even is: je gelooft niet dat de gelovige met zekerheid kan stellen dat God bestaat. Maar, en daar gaat het om, vervolgens zeg je dat God niet bestaat. Want je bent een atheïst. Dus een a-theïst. Dus, het voorbeeld met de knikkers: vervolgens stel je dat een even aantal niet bestaat, want je bent een a-even-aantal-eïst. Zoals je een a-theïst bent. Je zegt dat mijn bewering (even aantal knikkers) niet bestaat.
Het verschil zit hem in het feit dat we van te voren weten dat beide mogelijkheden (even aantal knikkers en oneven aantal knikkers) echt in de realiteit bestaan, al is het dan de een of de ander, en dat, als het om God gaat, het mogelijk is dat hij überhaupt niet bestaat. We vergelijken dus twee mogelijkheden waarvan we weten dat ze echt reëel bestaan, al is het dan in dit geval of de een of de ander, met iets (God) wat mogelijk bestaat, maar mogelijk ook in het geheel niet. Daarom gaat de vergelijking mank.
Zolderworm schreef:Christiaan schreef:I
Stel je voor dat je in het Amazone regenwoud woont als inboorling en nog nooit van het concept kabouter hebt gehoord. Dan geloof je dus niet in kabouters. Dat wil dus niet zeggen dat je gelooft dat er geen kabouters bestaan, want je hebt nl geen concept van een kabouter.
Nee, maar alle atheïsten hebben
wel een concept van God.
Het kabouter voorbeeld is een juist voorbeeld:
De inboorlingen geloven niet in kabouters > dat is juist
Nee, want ze weten niet wat kabouters zijn, dus kunnen ze ook niet niet geloven in kabouters. Ze kunnen niets. Je kunt alleen maar niet geloven in iets, als je weet wat het is, of wordt verondersteld te zijn.
De inboorlingen geloven niet dat kabouters niet bestaan > ook dat is juist.
Ze kennen het begrip kabouter niet. Dus is het ook niet zo dat ze niet geloven dat kabouters niet bestaan. Het is bij hen wat dat betreft volledig blanco.
Dat geeft dus aan dat het niet geloven in kabouters niet hetzelfde is als geloven dat kabouters niet bestaan.
Het niet geloven in kabouters is hetzelfde als het geloven dat kabouters niet bestaan. Dat zal elke Nederlander vinden, behalve jij.
Of je daar een concept van hebt of niet, dat is secundair.
Nee, want je kunt niet al of niet in iets geloven waarvan je geen beeld hebt.
Wederom, dat is pertinent onjuist. Zie de voorbeelden van de knikkers en kabouters.
Zie hierboven voor mijn argumenten over deze voorbeelden.