Het is ook een nieuw verbond en wanneer Joden Christus gaan dienen vervalt hun voorrecht van het Jood zijn ook evenals de eeuwige beloften van G'd aan de Joden. In Christus GEEN onderscheid, dat is die tussenmuur die Christus heeft weggenomen. Uit de heidenen waren NEITS voor G'd en de Joden ZIjn Oogappel. Nu in Christus kunnen uit de heidenen OOK gezien worden door G'd. Maar OOK en niet ipv !peda schreef:De andere lezing is dat Christus een volledig nieuwe Wortel is, een volledig Nieuw Verbond voor de gehele wereld, waar Israel/Joden en heidenen volledig zonder enig onderscheid in kunnen deelhebben. Geen oogappel situatie voor Israel/Joden meer. Geen twee-wegen, maar uitsluitend de weg van de nieuwe Wortel. Israëlieten en Joden moeten zich dus bekeren tot de nieuwe Wortel precies zoals de heidenen, het Oude Verbond bestaat niet meer. Jeremia 31 vers 31 is ingegaan met de nieuwe Wortel. Of Paulus de absolute noodzaak van bekering voor Israel/Joden ook zo gezien heeft? In een aantal verzen wordt die zienswijze wel ondersteund.ericjan schreef: Of te wel, de GENADE die G'd aan Israel/Joden schenkt zal Hij nu in Christus OOK aan ons uit de heidenen schenken.
Buiten Christus is er nog steeds het Eeuwige Verbond van G'd met Israel/Joden, omdat G'd NOOIT ZIjn Woord en Beloften breekt.
Ik ken die verdraaiing van Jeremia 31
Maar zoemen we erop in dan zien we dat we het Woord dus niet woordelijk kunnen lezen om het in die theorie te persen.
Dit gaat over een nieuw Verbond met Israel en Juda en dus is de leugen nodig te stellen dat de christenen het nieuwe Israel zouden zijn.
31 Zie, er komen dagen, spreekt de HEERE, dat Ik met het huis van Israël en met het huis van Juda een nieuw verbond zal sluiten,
32 niet zoals het verbond dat Ik met hun vaderen gesloten heb op de dag dat Ik hun hand vastgreep om hen uit het land Egypte te leiden – Mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ík hen getrouwd had, spreekt de HEERE.
33 Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn.
Vervolgens komt de leugen dat het voor Israel/Joden was, maar dat Israel/Joden het hebben afgewezen en dat het daarom naar de heidenen zou zijn gegaan. Maar vers 34
33 Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn.
34 Dan zullen zij niet meer eenieder zijn naaste en eenieder zijn broeder onderwijzen door te zeggen: Ken de HEERE, want zij zullen Mij allen kennen, vanaf hun kleinste tot hun grootste toe, spreekt de HEERE. Want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en aan hun zonde niet meer denken.