Alpha schreef:
Je zegt dat je de Bijbel volgt, helaas volg je menselijke redeneringen, die gebaseerd zijn op het "naar de hemel willen gaan".
Die meningen zijn niet uit de Bijbel afkomstig maar overgenomen van buiten-Bijbelse religies.
Het is aantoonbaar dat de meeste kerkelijke gebruiken en feesten geen Bijbelse oorsprong hebben.
Zij zijn gekerstend door Constantijn de grote, een zonneaanbidder.
Hij voerde o.a. de zondagsrust in, behalve voor boeren!
Het gevolg daarvan is dat vele Bijbelse argumenten gesluierd voor hen zijn.
Ik blijf dan ook een mens. Ik geloof dat God om ons mensen is afgedaald, mens is geworden en onder ons heeft gewoond. Jij gelooft dat niet en daarom begrijp ik dat je menselijkheid minder waardeert.
Daardoor ontgaat het hen dat de 144.000 aangesteld worden als mederegeerders van Jezus en dienen als koningen en priesters.
Als "iedereen" naar de hemel gaat, waarover zijn zij dan koningen en priesters?
Waarover is Jezus dan koning over Gods koninkrijk?
Waarom geeft Jesaja dan een kijkje in het paradijs, waar een kleine jongen herder is over wilde dieren en een zuigeling met een giftige slang kan spelen?
God heeft de aarde als woonplaats aan de mensen gegeven. Het paradijs, het heersen over de aarde in nauwe relatie met God wordt weer hersteld.
Hoe betrouwbaar is jouw bron, als hij Gods naam in de Bijbel heeft vervangen door Heere?
De brontekst staat duidelijk JHWH!
Ik denk dat ik ook met de NWV tot de belijdenis kan komen dat Jezus HEER is. Dat komt omdat het NT Jezus ook op de plaats van God zet, zonder dat er sprake is van Heer of HEER. De Bijbel gaat alleen voor je open als je de woorden tot je laat doordringen, ze overdenkt, ze eigen maakt en stappen te zetten op de weg van geloof. Zoekt en gij zult vinden.
Exodus 30:
12 ‘Als je onder de zonen van Israël een telling houdt, moet elk van hen tijdens de telling een losprijs voor zijn leven aan Jehovah geven, zodat ze niet door een plaag worden getroffen als ze worden geregistreerd.
13 Iedereen die geregistreerd wordt, moet het volgende geven: een halve sikkel volgens de standaardsikkel van de heilige plaats. (Een sikkel komt overeen met 20 gera.) Een halve sikkel is de bijdrage voor Jehovah.
14 Iedereen van 20 jaar en ouder die wordt geregistreerd, moet de bijdrage voor Jehovah geven. NWV.
Deze vertaling is geheel overeenkomstig de brontext.
De halve sikkel heeft ongeveer de waarde van 1 euro.
Waar gaat het hier over?
Mozes kreeg de opdracht om tempelbelasting te heffen.
Johannes hoorde over de 144.000 met een opsomming van de stammen van het geestelijke Israël.
Die komt niet overeen met de letterlijke stammen.
Je onderschrijft dus dat je deze tekst niet goed kan begrijpen als je die niet vergelijkt met een tekst waarin de letterlijke stammen staan beschreven. Door vergelijking van het Israël in de ene tekst met dat in de andere tekst kom je betekenissen op het spoor. Dat principe kan je ook gebruiken om te kijken wat de telling betekent.
Daarna zag hij de grote schare , die niemand kon tellen, een onbepaald getal dus.
Ik zie hier heel duidelijk 2 groepen.
De eerste groep heeft een hemelse functie.
De tweede groep verblijft op aarde, ze hebben palmtakken in hun hand.
Petrus gebruikt zijn "sleutels" om de hemelse groep te bevolken.
De eerste sleutel is bestemd voor de Joden, de tweede is voor de Samaritanen en de derde is bestemd voor bekeerde heidenen.
Cornelius was de eerste!
Met de schare die niemand tellen kan grijpt Johannes terug op de belofte aan Abraham dat zijn nageslacht zal zijn als het zand der zee en de sterren aan de hemel. Abraham kon ze niet tellen. Wij ook niet. Maar voor God is niets onmogelijk. Hij kan tellen en heeft dat ook gedaan: het getal dat Johannes hoort is duidelijk een symbolisch getal; het gaat daarbij om het geheel: het getal van Gods kinderen is vol, maar wij, ook Johannes niet, weten wat dat getal is. Dat is ook niet de bedoeling, want de betekenis van het tellen is vrijkopen. Geen mens kan ontkomen aan de dood, maar omdat Jezus ons heeft vrijgekocht, is er eeuwig leven.