Over de duivel (uit geestelijke ervaringen van de asceten)

[Uranopolitis]

Hierbij presenteer ik ascetische ervaringen over de duivel. Hopelijk helpt het je om beter op je hoede te zijn en onze Lieve Heer Jezus beter te dienen door je leven heen. Vertaling uit het Grieks, bron.

Isaäc de Syriër, asceet uit de 7de eeuw uit wat tegenwoordig Qatar is en bisschop van Nineveh:

"Hoe sluw is de vijand! Hij bindt ons niet met banden die we haten, maar met banden die we leuk vinden en dus verheugen we ons gebonden zijnde!

De adelaar wordt gedood met pijlen gemaakt van zijn veren. En satan vernietigt je ziel door middel van zwakheden die hij verkrijgt van je verenkleed, van je bekwaamheden en deugden die je hebt achtergelaten om zwakheden en hartstochten te worden.

Het nalaten van gebeden en van de studie van de Heilige Schrift en de onthouding van de Heilige Communie, brengen demonen in ons en zij heersen over ons. Als je je niet verwijdert van de oorzaken, dan verkrijgt de duivel gelegenheden en het recht om tegen je te strijden."



Heilige Theodorus, bisschop van Edessa, 9de eeuw:

Volmaakte ("heilige") haat met geheel ons hart, leert ons David te hebben tegen de demonen, omdat ze vijanden zijn van onze redding; en deze haat is zeer geschikt voor het werk van de deugd. Dus wie is degene die zijn vijanden haat met volmaakte haat? Hij die niet langer zondigt in daad of in gedachten. Zolang de voorwaarden voor vriendschap met de vijanden, dat wil zeggen, de oorzaken van de hartstochten in ons zijn, hoe zal ons haat tegen hen slagen? Omdat het wellustige hart deze haat niet kan bevatten.

[Uranopolitis]

De vos is een vindingrijk en sluw dier. Als hij honger heeft en niks vindt om te eten, gaat hij naar warme plaatsen, valt op zijn rug en doet alsof hij dood is. En als de gieren naar beneden komen om hem te verslinden, springt hij plotseling op en vangt ze. De duivel doet hetzelfde trucje om de gelovigen in de val te laten lopen. Hij presenteert een stapel zonden als onschuldige en ongevaarlijke genoegens en de christen, verleid in verschillende hartstochten, wordt plotseling zijn gevangene en is hij definitief verloren. (Epiphanius, bisschop van Salamis, 4de eeuw)

[Uranopolitis]

Wanneer je in (tegen) alle geneugten van het leven dapper en onverzettelijk bent, dan maken de demonen snel de sympathie voor je in je familieleden en maken dat ze huilen en rouwen over jou voor je ogen. Maar je zult deze waarheid begrijpen als je standvastig blijft in deze demonische verzoeking, terwijl je hen plotseling tegen jou zult zien ontbranden met woede en haat en je als vijand verafschuwen en je niet willen zien. (Simeon de Nieuwe Theoloog, 10de eeuw)
Net zoals rovers zich verschuilen op donkere plaatsen om voorbijgangers te beroven, zo verschuilt de duivel zich achter genoegens om onze ziel over te nemen.
Dit is de methode van de duivel: hij maakt de lafaard bang en verzacht de dapperen. (Basilius, bisschop van Caesarea in Cappadocia, 4de eeuw)

Boze geesten zetten ons aan tot het kwaad, maar ze dwingen ons niet het te praktiseren. Als ze ons konden dwingen, dan zou er geen mens zijn die niet zou zondigen met allerlei soorten zonde. Maar net zoals ze het vermogen hebben om ons te verleiden, hebben wij de kracht en vrijheid om ze niet te accepteren. Het is daarom absoluut zeker dat de demonen geen macht over ons hebben, behalve wanneer we onze wil aan hen overgeven. (Johannes Cassianus, 4de eeuw)

[Uranopolitis]

Wanneer je in (tegen) alle geneugten van het leven dapper en onverzettelijk bent,

Ups, ik had iets moeten verduidelijken in mijn vorige bericht. Mocht er een vraag zijn of een zinvolle opmerking, dan mag je het hier schrijven of in een persoonlijk bericht.

[Uranopolitis]

We moeten weten dat elke demon houdt zich bezig met een specifieke hartstocht, die hij eerst zaait in het menselijk hart en vervolgens cultiveert. Sommige demonen houden zich bezig met de hartstochten van losbandigheid, terwijl anderen met de hartstochten van godslastering. Anderen lokken woede en toorn uit. Anderen storten de mens in verdriet en weer anderen veroorzaken pronkzucht en hoogmoed. Elk van hen streeft ernaar het menselijk hart te veroveren met de hartstocht die hem bevredigt. Niet iedereen giet echter tegelijkertijd zijn gif in, maar één voor één en afhankelijk van hoeveel, waar en hoe de menselijke gemoedstoestand en verdediging het toelaten. Het komt bijvoorbeeld niet voor dat iemand wordt geobsedeerd door dwaas en obsceen gelach, terwijl hij tegelijkertijd wegzakt en verslonden wordt door verdriet. Daarom is er enige samenwerking tussen de demonen, hoewel ze, als wanordelijk en onverstandig die ze zijn, onderling geen discipline en orde kunnen handhaven. (Johannes Cassianus)

[Uranopolitis]

De volgende citaten zijn van dezelfde auteur

De demonen hebben tegenwoordig niet dezelfde kracht die ze ooit hadden toen ze met wreedheid uitbraken tegen de oude vaders. Nu verzetten ze zich niet openlijk tegen ons door gruwelijke vormen aan te nemen, maar ze vallen ons onzichtbaar aan en brengen ons meer schade toe. We moeten echter weten dat niet alle demonen dezelfde macht hebben, noch dezelfde wreedheid, noch hetzelfde kwaad. Beginners en zwakke mensen worden bevochten door de zwakkere demonen. Maar wanneer de atleten van Christus zegevieren over hun eerste tegenstanders, zullen ze geleidelijk aan worden geconfronteerd met sterkere vijandelijke krachten. Christus, echter, als de meest milde scheidsrechter en opzichter van deze wedstrijden, bewaart het evenwicht tussen ons en onze tegenstanders, bedwingt de overmatige impuls van hun vijandelijke aanvallen en bovendien geeft samen met de verzoeking ons ook de kracht, zodat we kunnen zegevierend en definitief hen het hoofd bieden. Als we deze hulp niet hadden, dan hadden de demonen ons zeker te gronde gericht.

[Uranopolitis]

Boze geesten kennen de aard van onze ziel niet en kunnen er ook niet in doordringen. Ze kunnen echter onderscheiden wat haar toestand is van onze werken, onze woorden, onze daden, onze neigingen. Gedachten, die nooit uit het diepst van onze ziel zijn gekomen, zijn onmogelijk te waarnemen. Zelfs van de sluwe gedachten, die ze ons zelf voorleggen, weten ze niet of we ze hebben aanvaard of niet. Ze kunnen het alleen afleiden door zorgvuldig onze bepaalde uiterlijke uitingen of lichaamsbewegingen te observeren. Ze belagen ons bijvoorbeeld met gedachten van toorn en woede. Als hun belaging ons hart raakt, onderscheiden ze het van een stille commotie, van een verontwaardigde zucht, van de samentrekking, bleekheid of blos van ons gezicht. Dit zijn de middelen waarmee hun subtiele intelligentie onderscheidt welke mens zich heeft overgegeven aan een hartstocht en aan welke hartstocht precies. En dit is niet paradoxaal, aangezien een intelligent persoon hetzelfde vermogen ook kan hebben. Met andere woorden, als hij het uiterlijk of gedrag van een medemens ziet, kan hij zijn innerlijke situatie nauwkeurig vaststellen. Hoeveel dan te meer kunnen demonen dit doen, die als geesten veel gevoeliger en opmerkzamer zijn dan mensen?

[Uranopolitis]

De demonen, die niet het gewicht van het vlees hebben, hebben niets om hun slechtheid te rechtvaardigen; omdat dit kwaad niet wordt veroorzaakt door externe factoren, zoals bij ons, mensen, maar uitsluitend door hun perverse wil. Hun zonde is dus onvergeeflijk en hun slechtheid ongeneeslijk. Er is dus geen genade voor hen, maar ook geen mogelijkheid voor hen om zich te bekeren.
Het aantal boze geesten is ontelbaar. De Goddelijke Voorzienigheid heeft de dingen echter zo geordend dat deze geesten aan de ogen van de mensen ontsnappen. Zo verschrikkelijk is hun agressie en de vormen die ze elke keer aannemen zijn schrikwekkend. De aanblik ervan zou zeker grote opschudding veroorzaken bij de mensen en hen doen flauwvallen van angst. De menselijke ogen kunnen zo'n zicht niet weerstaan...

[Uranopolitis]

Lucifer geloofde dat hij de grootheid van wijsheid en de schoonheid van de deugden waarmee hij werd versierd, niet van God had ontvangen, maar uit de kracht van zijn eigen natuur. Daarom, vervuld van arrogantie, beschouwde hij zichzelf als gelijke aan God en meende hij op eigen kracht de eeuwige gelukzaligheid te kunnen bereiken. Deze gedachte alleen al bracht hem tot val. Hij viel als een bliksem uit de Hemel weg van de genade van God, die hij geloofde niet nodig te hebben. Hoewel hij geloofde dat hij zich de glorie van God kon toe-eigenen met de kracht van zijn vrijheid en zijn persoonlijke bekwaamheid, verloor hij uiteindelijk wat hij als geschenk van de Schepper had ontvangen. Lucifer werd daarom omvergeworpen vanuit de Hemel, enkel en alleen vanwege de hartstocht van hoogmoed. Ten tweede kwam de hartstocht van afgunst. Hij viel in deze zonde toen hij de schepping van de mens zag. Toen had hij nog de kans om op te staan! Zijn afgunst dwong hem er echter toe de eerst geschapene mens te misleiden met zijn trucs. Hij zag dat de mens, die net uit het stof van de aarde was geschapen, de roeping voor de ​​heerlijkheid kreeg die gelijk was aan dewelke hij, als heer der engelen, vóór zijn val had genoten. Vanwege deze tweede zonde bracht Gods rechtvaardig oordeel hem definitief ten val. Vanuit de prikkel van jaloezie werd hij, als eerste maker en "vorst van het kwaad", zelf vernietigd, hebbend ook de anderen naar zijn dood meegesleurd. Uiteindelijk is de duivel een moordenaar van zichzelf.

[Uranopolitis]

Demonen hebben de neiging zich tijdelijk met bedrog terug te trekken, zodat de mens ontmoedigd wordt, denkend dat hij hartstochtloos is geworden en zichzelf onachtzaam nalaat. En dan ineens springen ze op zijn gekwelde ziel en grijpen die als een mus. En als ze haar verslaan, werpen ze haar in elke zonde, erger dan die waarvoor ze eerst om vergeving vroeg. Laten we dus in de vreze God's staan ​​en onze harten bewaken, onze ascese doende, terwijl we de deugden behouden die een obstakel vormen voor de slechtheid van de demonische vijanden. (Jesaja de Kluizenaar)
Alle strijd en zorg van de vijand is geconcentreerd in het terugtrekken van de geest uit de herinnering aan God, Zijn liefde en vreze voor Hem, en hem te bedriegen met aards lokaas om hem van het echte goed naar het veronderstelde goed te brengen. (Makarios van Egypte)

[Uranopolitis]

God, die de kracht van de mens kent, laat ook de macht van de duivel toe om in ieder mens anders te werken. Omdat de duivel ook een slaaf en een schepsel van God is, bekoort hij niet volgens zijn raadsbesluit, noch brengt hij zoveel verdriet als hij wil, maar zoveel als God het hem toestaat. De Heer kent de kracht van ieder van ons en dienovereenkomstig de beproeving toestaat. Dit is wat de apostel Paulus ons verzekert, door te zeggen: "1 Korinthe 10:13 Meer dan een menselijke verzoeking is u niet overkomen. En God is getrouw: Hij zal niet toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan.'

[Uranopolitis]

Volgens Goddelijke economie werd de boze duivel niet direct naar de hel gestuurd die hij had gekozen, maar werd hij overgelaten voor het beproeven en onderzoeken van de mens en zijn autonomie. En dit om, zonder het te willen, de heiligen waardiger en rechtvaardiger door hun geduld te maken en zodat hij de veroorzaker van grotere glorie voor hen word. Maar voor zichzelf, met zijn bewuste kwaadaardigheid en sluwheid tegen de heiligen, om zijn eigen verdoemenis nog meer te rechtvaardigen.

Het gebeurt vaak dat satan in je verbeelding tot je spreekt en tegen je zegt: “Kijk eens hoeveel slechte daden je hebt gedaan. Je ziel is vol ongerechtigheden, je bent belast met vele en zware zonden." Laat je dus niet uitlachen door satan onder het voorwendsel van nederigheid, hij drijft je tot wanhoop. Want vanaf het moment dat het kwaad door overtreding de mens binnenkwam, heeft satan het vermogen gekregen om elke dag op een bepaalde manier tot de ziel als een mens tegen mens te spreken en ongepaste dingen influisteren. Antwoordt hem dus: «Ja, maar ik heb de geschreven verzekeringen van God die zeggen: "Ik verlang niet de dood van de zondaar, maar dat hij zich bekeert en leeft" (Ezech. 18:23 - 33: 11)". Waarom wilde God dan naar de aarde nederdalen, anders dan om zondaars te redden en hen die in duisternis leven te verlichten en om leven te geven aan de doden door zonde?»

[Uranopolitis]

Laten we met grote scherpte de trucs en het bedrog en de snode plannen van de vijand observeren, die zorgt voor en er alles aan doet om allen naar de verdoemenis te leiden. Zo pretendeert satan te bidden met degenen die bidden, om hen onder het voorwendsel van het gebed te misleiden en hen arrogant te maken. Met degenen die vasten, doet hij alsof hij met hen vast, omdat hij hen in de eigenwaan van vasten wil lokken. Hij doet hetzelfde met degenen die kennis hebben van de Schrift, omdat hij hen onder het voorwendsel van kennis van het rechte pad wil afleiden. Met degenen die waardig werden bevonden Goddelijk licht geopenbaard te krijgen, handelt hij op dezelfde manier, dat wil zeggen, hij verandert in een lichtstralende engel om hen te misleiden door zijn eigen valse licht te presenteren en hen dichter bij hem te brengen. En in het algemeen zo verschijnt hij aan een ieder op een andere manier, aannemend de juiste vorm, zodat hij met de gelijkenis iedereen onderdanig kan maken en hen met een aannemelijk voorwendsel naar verdoemenis leidt. En kijk, in hoeverre reikt en durft de arrogante satan: hij wil zelfs hen neerwerpen die God al hebben met de kennis van de waarheid.

[Uranopolitis]

De vijand bedenkt duizend-en-twee manieren om ons af te leiden van de hoop en liefde van Christus. Dat wil zeggen, of hij brengt de ziel innerlijk verdriet door boze geesten, of veroorzaakt schandelijke en ontoelaatbare gedachten, waardoor de herinnering aan oude zonden wordt opgeroepen, om haar tot slapheid en wanhoopsgedachten te leiden, dat het niet mogelijk is om redding te vinden. Hij wil ook de ziel doen geloven dat deze gedachten uit haar geboren zijn en worden niet heimelijk en boosaardig ingefluisterd door een vijandige geest. Dus of hij doet deze dingen, of hij brengt fysieke pijn, of hij plant verdriet en lasteringen van mensen. Maar hoe meer de boze deze vurige pijlen in ons schiet, des te meer moeten we de hoop op God aanwakkeren en precies weten dat Zijn wil is om de zielen die liefde voor Hem hebben op de proef te stellen, om te zien of ze echt van Hem houden.

[Uranopolitis]

En de laatste zin doet me denken aan het verhaal van John Ramirez die niks wist van Makarios van Egypte. Na zijn echte bekering werd hij geconfronteerd met de demonen 's nachts die hem hevig bang maakten en poogden hem te doden. Dit is wat hij schrijft over zijn bevrijding daarvan:

"Na dertig dagen van hel kwam er op een nacht een einde aan dat alles. Het deed me verwonderen en aan mezelf veel vragen stellen. ik vroeg God herhaaldelijk waarom Hij demonische geesten had toegelaten mij te kwellen nacht na nacht. Hij antwoordde nooit. Enige tijd later kreeg ik een levensveranderende respons. Deze keer was het God die sprak. Hij zei: "Ik wilde zien hoeveel je van Me hield.” (Out of the devils cauldron)

Ik kan je dat boek zelfs versturen via email of downloadlink.

[Uranopolitis]

Hij die ons verleidt (d.w.z. de duivel), verzoekt ons zonder te weten of de mens hem zal gehoorzamen of niet.

Nadat de duivel Adam had bedrogen en over hem de regie nam, nam hij zijn macht weg en noemde zichzelf "de vorst van deze wereld" ... Maar de vorst van deze wereld en heer van het zichtbare was oorspronkelijk de mens, aangesteld door de Heer. Omdat noch vuur hem verbrandde, noch water hem verdronk, noch beesten hem opaten, noch slang hem bang maakte. Maar nadat hij zich overgaf aan het bedrog van de duivel, gaf hij hem ook de regie die hij had. Om deze reden worden tovenaars en charlatans met diabolische energie en door de toelating van God wonderwerkers. Dat wil zeggen, ze beheersen de reptiele slangen en trotseren water en vuur (vuurlopers).

[Uranopolitis]

Er zijn vier hoofdaanvallen van de demonen tegen ons: de oorlog die ze voeren tegen ons geloof, de wanhoop, de ijdelheid en de transformaties van de demonen in engelen van licht.
De duivel heeft een grote affiniteit en vertrouwdheid met de fantasie en van bijna alle krachten van de ziel gebruikt hij haar als het meest geschikte instrument om mensen te misleiden en om zijn passies en ondeugden te activeren. En de duivel misleidde Adam door middel van fantasie, door de verbeelding van god-gelijkheid in zijn geest in te voeren.

Weet wel waarom demonen soms bepaalde dingen voorspellen en ze gebeuren: a) omdat u niet standvastig in de Heer gelooft, maar in demonen, en vanwege uw eigen ongeloof laat God gebeuren wat de demonen u voorzeggen (ook al kennen ze de toekomst niet) en b) omdat u, die de duivelse werken en hartstochten liefheeft, slaven van de duivel bent en hij u onder zijn macht heeft en wat hij maar wil u voorspellen, doet hij ook met daden. En net zoals een crimineel die een gevangene in zijn macht heeft, kan hij hem vertellen of hij zal sterven of leven, niet omdat de crimineel de toekomst voorspelt, maar omdat hij het leven van de gevangene in handen heeft, zo doet ook de duivel. (Nicodemus de Athoniet).

[Uranopolitis]

Als de duivel ons zijn gif zou geven met een bitter kruid, zouden we het niet drinken. Maar omdat hij het ons met de honing van genoegens geeft, nemen we het graag op.

Wanneer de duivel iemand in de slavernij van de zonde houdt, geeft hij er niets meer om dan hem nog meer te verblinden, door hem slechte gedachten te geven en hem aan te zetten tot dezelfde zonde of andere grotere zonden, verhinderend hem zodat hij zijn zeer ongelukkige leven niet zou kennen...

De kracht waarmee demonen worden verslagen, komt voort uit een gebrek aan vertrouwen in onszelf en onze hoop (vertrouwen) op God.

De duivel is gewend om zich te verheugen bij elke verwarring en beroering van ons hart, zoals de wolf zich verheugt tijdens de winter en de windstorm. En dit komt omdat, wanneer een ziel vredig is, doet ze veel goed werk, terwijl ze weerstand biedt aan wat er ook met haar gebeurt. Integendeel, als ze verward en angstig is, doet ze een paar onvolmaakte werken, wordt snel moe en uiteindelijk leeft een kwelling zonder voordeel. Daarom moet je, als je wilt winnen en de vijand je goederen niet wilt laten bederven, vooral voorzichtig zijn, je ziel niet laten storen en niet accepteren dat ze in de war komt, zelfs niet voor een moment.

De duivel is zo sluw en kwaadaardig dat hij vaak zelfs uit het goede het kwade kan uithalen. Hij heeft grote afgunst en vecht meer tegen degenen die goede gedachten hebben.

[Uranopolitis]

Johannes Chrysostomus:

De duivel belooft niet te geven, maar te ontvangen.

De dief komt niet waar riet, gras en hout is, maar waar goud of zilver ligt. Zo ook de duivel valt niet aan waar zonde is, maar waar deugd is.

De piraten op zee als ze een schip vol goud zien, bedenken elke truc om het schip te laten zinken en de schat te grijpen. Zo ook de duivel, wanneer hij je vol deugden ziet en een sterke liefde voor God hebbend, hij bijt en knarsetandt. Net als een piraat gebruikt hij oneindige trucs om een ​​kleine ingang te vinden en gaten in te boren om je spirituele rijkdom te vernietigen.

Onze vijand, dat wil zeggen de boze duivel, wanneer hij ziet dat geestelijke rijkdom geconcentreerd is, wordt door woede gegrepen en scherpt zijn tanden en wacht altijd om de juiste gelegenheid te vinden en iets te verwijderen uit datgene wat in ons wordt bewaard. Geen enkele gelegenheid is geschikt voor hem, behalve onze eigen onverschilligheid. Daarom moeten we voortdurend waakzaam zijn en de ingangen naar hem volledig blokkeren en onszelf beschermen tegen zijn aanvallen van overal.

God heeft altijd datgene wat de duivel tegen ons intrigeert tegen zijn hoofd doen keren en ze te gebruiken voor onze redding ...

...zo is de duivel: hij laat aan degenen die niet nuchter zijn het kwaad niet zien voordat het is gedaan, zodat hij niet tot inkeer komt die ervan geprofiteerd heeft.

[Uranopolitis]

Zodra de duivel ziet dat hij niets bereikt, vertrekt hij onmiddellijk, omdat hij bang is dat hij ons misschien meer kronen zal veroorzaken. Dat wil zeggen, als hij ziet iets ziekelijks, dan doet hij een poging. Als hij iets krachtigs ziet, loopt hij weg.

Als de hond ziet dat je hem niets te eten geeft, hoewel hij wacht gevoed te worden door jou, dan gaat hij weg, omdat hij ziet dat hij tevergeefs wacht. De duivel doet hetzelfde. Als hij ziet dat je hem geen "voedsel" geeft - een gelegenheid voor hem om jou te bestormen, - maar integendeel, je blijft God te behagen, dan dood je hem door honger en dwing je hem om van je weg te gaan.

Niets is zo in staat om de aanvallen van de demon op ons af te weren als constant gebed en smeking.

De Heer noemt de duivel sterk, niet omdat hij van nature sterk is, maar om zijn oorspronkelijke macht te tonen, veroorzaakt door onze eigen onverschilligheid.

De duivel neemt ons weg van God door verschillende hartstochten, door de verlangens van het vlees, door de nieuwsgierigheid van de ogen, door de verlokkingen en valstrikken van de wereld.

[Uranopolitis]

De duivel heeft niets zo goed bestudeerd dan het overtuigen van de menselijke ziel ervan dat noch voor zonden is de mens onderhevig aan straf voor zonden, noch voor zijn prestaties is hij lof en kronen waard, met als doel om de bereidheid van degenen die inspannen (in deugd) te verzwakken en om de nalatigheid en vadsigheid van degenen die al moedeloos zijn (in zonde) te intensiveren...

Als we waakzaam zijn, kan de duivel ons geen kwaad doen. Maar hij kan ons ongewild profiteren, onze deugd vergroten. Let op wat er gebeurt als iemand een riet oppakt en op vuur blaast. In het begin lijkt hij hem te doven. Maar uiteindelijk niet alleen dooft hij hem niet, maar zelfs versterkt hem.

Laten we de duivel de rug toekeren, niet alleen met woorden, maar ook met onze daden. Niet alleen met ons verstand, maar ook met ons handelen. Doe niets wat hij leuk vindt.

Als we een slang in ons bed zien nestelen, proberen we hem zeker te doden. Maar nu de duivel zich in onze ziel nestelt, ondernemen we geen actie, maar blijven onverschillig.

Droog gras is beter bestand tegen de vlam van vuur, dan de duivel tegen de vlam van liefde.

De duivel gooit zijn giftige pijlen om ons met zonde te teisteren en als we deze pijlen afweren en niet zondigen, dan keren deze pijlen terug en treffen zijn hoofd ...

[Uranopolitis]

We hebben de duivel niet nodig om verloren te gaan, zolang we elkaar benijden en opjagen.

De duivel doet ons twee kwaden: en in de zonde sleept hij ons mee en hindert ons dat we ons bekeren.

De duivel veroorzaakt zeker niet al het kwaad. Er gebeurt veel vanuit onze eigen ledigheid. Als de duivel ergens de oorzaak van het kwaad is, is het omdat we het hem toestaan. Vertel me alsjeblieft: wanneer heeft de duivel over Juda overheerst? De evangelist zegt dat satan in hem binnenkwam. Maar hoor de reden: "Hij was een dief en hij nam weg wat in de schatkist gelegd werd". Judas met al zijn comfort liet de duivel binnen. Daarom maakt de duivel niet het begin, maar we accepteren hem en roepen hem aan, als we niet voorzichtig zijn.

De duivel is slecht voor zichzelf, niet voor ons. Want wij hebben, als we willen, veel van hem te winnen, uiteraard zonder zijn eigen wil. Zo wordt het wonder nog groter en bewijst het de grootsheid van Gods menslievendheid, want als we ons beteren, wordt de duivel bedroefd en lijdt hij; wanneer onze verbetering in feite aan hem te danken is, kan hij zijn ongeluk niet verdragen en barst hij uit van zijn kwaad.

De duivel is nuttig voor ons, als we hem op de juiste manier gebruiken en hij profiteert ons het meest en we behalen van hem winst, geen kleine. En we hebben dit vele malen bewezen uit het geval van Job ...

Als we willen, wordt de duivel de oorzaak van veel goede dingen! Want als we zijn intriges vrezen, letten we goed op en denken we aan God. Want wie de vijand naast zich ziet staan, wendt zich tot degene die hem kan helpen. Zoals in het huis van een soldaat, die constant bewapend is, noch een dief, noch een inbreker, noch een andere dergelijke crimineel durft in te breken, zo ook wat onze ziel betreft, geen van de passies die ons tot slaaf maken, zal in ons gemakkelijk kunnen binnendringen.

[Uranopolitis]

Zelfs in het hypothetische geval, waarin de duivel alle mensen zou kunnen verslaan en tot verdoemenis leiden, moeten we ons nog steeds niet verwonderen als God hem heeft vrijgelaten aan zijn vernietigende werk. Omdat zijn overwinning en zijn heerschappij over ons van ons afhangt. We worden vrijwillig zijn slaven, niet noodgedwongen. Dit wordt bewezen door hen die hem tot op de dag van vandaag hebben overwonnen. En dat zijn er niet weinig. Maar in de toekomst zullen er ook velen zijn die hem zullen overwinnen.

Demonen hebben als partners de mensen die slechtgezind tegenover hun medemensen zijn. Dus als ze niet met de demonen hadden samengewerkt, dan zouden de meeste complotten van de demonen tegen mensen mislukken.

Het woord over de duivel is niet prettig. Maar de geestelijke veiligheid is de juiste leer over de duivel. Omdat hij een grote vijand en tegenstander is. Het is een grote veiligheid om de dingen met betrekking tot de vijanden goed te kennen.

De vijand vecht niet openlijk tegen ons, maar met trucs. Hij gebruikt sluwheid om te bedriegen en met bedrieglijke vernuften probeert hij ons neer te werpen. Want als hij ons openlijk zou zeggen Christus te verlaten, dan zouden we ons gemakkelijk beschermen.

Luister in niets naar de demonen, zelfs niet als ze iets juists zeggen.

Met Eva als maagd doodde de duivel Adam vroeger. Met de Maagd Maria als maagd versloeg Christus de duivel daarna... Door een vrouw zegevierde de duivel en door een vrouw werd hij verslagen.

Als de duivel de Schrift gebruikte, werden zijn lippen daardoor geheiligd? Natuurlijk niet! Hij is duivel gebleven...

[Uranopolitis]

Maximus de Belijder - de voorvechter van de orthodoxe christendom in de VII eeuw, Gods echte protestant tegen de in de Kerk ooit overheersende ketterij. Op een gegeven moment heeft hij in zijn eentje de keizerlijke ketterij van monothelitisme openlijk verworpen en daarom moest hij fysieke martelingen, gevangenschap en ballingschap van de corrupte kerkelijke en politieke leiders verduren.



Zijn woorden over de duivel:

Om vijf redenen staat God de demonen toe tegen ons te strijden. De eerste reden is, door tegen ons te strijden en ons tegen hen, verwerven we het onderscheidingsvermogen van deugd en kwaad. Ten tweede, om de deugd door strijd en inspanning te verwerven en zo haar vast en zeker te behouden. Ten derde, om niet in hoogmoed te vallen, - terwijl we vorderingen maken in deugd, - maar om te leren nederig te zijn. Ten vierde, nadat we het kwaad met ons lijden hebben leren kennen, om het volledig te haten. Ten vijfde, de allerbelangrijkste reden: nadat we hartstochtloosheid hebben bereikt, om onze eigen zwakheid niet te vergeten, noch de kracht van Degene die ons heeft geholpen.

Niets is aangenamer voor de duivel dan de mens gestraft te zien worden.

Het is juist en rechtvaardig voor de duivel om degenen te straffen die zijn slechte advies voor bewuste zonden hebben graag aangenomen. Omdat de duivel genot zaait met vrijwillige hartstochten en pijn veroorzaakt met onvrijwillig lijden.

Zonder de Goddelijke toelating kunnen de demonen zelf de duivel in niets dienen.

De duivel, hebbend ons en God benijd en de mens ervan overtuigd dat God hem benijdt (Gen. 3: 5), deed hem ongehoorzaam te zijn aan het Goddelijke gebod. Hij benijdde God om Zijn glorieuze macht om de mens te vergoddelijken niet in de praktijk te laten brengen. Hij benijdde duidelijk de mens om hem niet van Goddelijke heerlijkheid deelachtig te laten worden door deugdzaamheid. Daarom de meest onreine (duivel) is niet alleen jaloers op ons, vanwege de glorie die God ons geeft voor de deugd, maar ook op God, vanwege Zijn glorieuze kracht voor onze redding.

[Uranopolitis]

Gregorius de Theoloog, IV eeuw:

Waarom de bedrieglijke duivel voor alles de schuld geven, aangezien we hem macht en recht geven door de manier waarop we leven?

De sluwe onderzoekt en observeert je van alle kanten. Hij bespioneert je zorgvuldig, zodat hij een onbedekte kant van jezelf ontdekt en daar slaat en verwondt hij je.