Een loterij is voor mij en mijn beste vriend een soort anti-depressiva.
Je denkt op een dag "Was ik maar rijk en niet zo knap!"
En de boodschappen zijn opnieuw duurder.
Nou, dan koop je een staatslot met een jackpot van soms 30 miljoen belastingvrij (kansspelbelastingvrij, overige belasting niet).
De hele maand leef je vervolgens in euforie toe naar de trekking, je hebt elkaar van de winst overtuigd en voelt de palm van je handen jeuken, er is geld op komst!
Een hele maand vrolijkheid die na de trekking voorbij is, Want het is geen jackpot, zelf geen kleine winst, en hooguit een eigen inleg terug.
Nou, dan slaat de depressie weer toe. Of niet? Want je kunt voor de volgende trekking alweer loten kopen, dus de euforie begint van voor af aan.
(Mijn oma en vrienden van me hebben wel een flinke prijs gewonnen in de staatsloterij.)
Mijn boodschap is als een gedachte waarmee je kunt spelen zonder deze te accepteren.