21 februari
De heilige Eustathios, aartsbisschop van Antiochië, nam deel aan. het eerste oecumenische Concilie van Nicea, in 325, waar hij de Orthodoxie met kracht verdedigde toen hij beleed dat Jezus Christus, de Zoon van God, de gelijke is van de Vader en de Heilige Geest door Zijn goddelijke wezenheid. Door de ariaanse partij werd hij ervan beschuldigd in ontucht te leven en daarom werd hij van zijn post ontheven en in ballingschap gestuurd naar Filippi in Macedonië. Daar is hij twintig jaar later overleden. Tenslotte werd de vrouw die hem indertijd had aangeklaagd, ernstig ziek, en in haar angst om met zulk een zonde op haar geweten te sterven, bekende ze dat zij toen met geld was overgehaald om een volkomen verzonnen beschuldiging in te dienen. Toen werden zijn relieken overgebracht naar Antiochië, waar ze vol eerbied werden ontvangen.
De heilige Johannes III, de Scholastikos, patriarch van Constantinopel (665- 677). Hij was een geleerde rechtskundige, die zich vooral interesseerde voor het kerkelijk recht. Aan hem wordt de beroemde wetten-verzameling, de Nomokanon, toegeschreven, die een overzicht geeft van de bestaande wetten van de kerk en het rijk in de 7e eeuw. In zijn tijd werd de cherubijnenhymne ingevoegd bij de Grote Intocht in de Goddelijke Liturgie, en het communiegebed: ‘Zoon van God, neem mij heden aan als deelgenoot bij Uw mystiek Avondmaal…’
De heilige Severianos, bisschop van Scythopolis in Palestina, aanvaardde met de meeste monniken van het Heilige Land de conclusies van het oecumenisch concilie van Chalcedon, waarin de leer van Eutyches werd veroordeeld omdat daarin tekort werd gedaan aan de mensheid van Christus. Er was echter een tegenpartij, onder aanvoering van de monnik Theodosios, die scherp stelling nam tegen deze beslissingen. Deze monniken wisten zich daarbij gesteund door het gezag van keizerin Eudoxia, de weduwe van Theodosios de jongere, die eveneens in Palestina verbleef. Zij begonnen steeds gewelddadiger op te treden, zetten Juvenalis af als patriarch van Jeruzalem en stelden Theodosios op zijn plaats. Deze begon de orthodoxe christenen op de wreedste wijze te vervolgen en overstroomde Jeruzalem met hun bloed. Met een legergroep trok hij heel het land door en doodde ieder die hem niet wilde aanvaarden. Daartoe behoorde ook de bisschop Severianos, die in 453 de marteldood onderging.
De heilige Zacharias van Jeruzalem was patriarch van 609-632 in het vijfde jaar van zijn bestuur veroverden de Perzen Jeruzalem. Zij roofden het heilig Kruis en namen de patriarch met veel andere bewoners als gevangenen mee. Hun zware lot werd enigszins verlicht door de rijke gaven die Johannes de Alexandrië, voor hen wist te organiseren. Pas veertien jaar later, eind 628, konden zij onder keizer Heraklios terugkeren naar de heilige stad.
In 629 heeft hij op de 14e september de terugkeer en de feestelijke verheffing gevierd van het kostbaar Kruis. Hij is gestorven in 631.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Verulus, Secundinus, Siricius‚ Felix‚ Saturninus, Fortunatus met 16 anderen in Noord-Afrika, tijdens de vervolging der Vandalen; Daniël, een priester, en de maagd Verda, die in Perzië drie maanden gemarteld zijn onder Sapor II, totdat zij hun martelaarschap voleindigden door onthoofding in 344.
Eveneens op deze dag de heilige Felix, bisschop van Metz; Gombertus, abt te Sens, 675; Vitalina, een maagd in Auvergne, 390; Paterius, bisschop van Brescia; en Pepijn van Landen, die in Nijvel als heilige wordt vereerd; hij is de vader van de heilige Gertrudis en ligt naast haar begraven in haar kerk te Nijvel.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-413/
De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
-
- Berichten: 798
- Lid geworden op: 08 jul 2020, 19:56
- Man/Vrouw: M
- Locatie: Noord-Brabant
Re: De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
Moge de Heer u zegenen vanuit Sion, moogt gij het welzijn van Jeruzalem zien al uw levensdagen
-
- Berichten: 798
- Lid geworden op: 08 jul 2020, 19:56
- Man/Vrouw: M
- Locatie: Noord-Brabant
Re: De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
22 februari
De heilige Mauritios (Maurikios) met 70 van zijn soldaten. Hij was generaal van het legeronderdeel dat in Syrië geplaatst was. Zij beleden Christus en weigerden te offeren aan de afgoden, tijdens de vervolging van de tiran Maximiaan. Zij werden gedegradeerd en gevangen gezet. Fotinos, de jongste zoon van Mauritios, nog maar een kind, werd om zijn vader te intimideren onthoofd. De anderen werden wreed verscheurd en gebrand, en tenslotte, ingesmeerd met honing, in een moeras blootgesteld aan de beten van wespen, horzels en muskieten. Zij hielden dit dagenlang uit en pas na tien dagen was de laatste gestorven. De lijken werden tenslotte onthoofd en verbrand, in 305. Van de martelaren zijn nog de namen Theodoros en Filippos bekend.
De heilige Maximianus, bisschop van Ravenna, was eerst diaken te Pola. Toen hij eens zijn land aan het ploegen was, stiet hij op een koffer vol goudstukken, die daar waarschijnlijk tijdens een of andere vijandelijke inval waren verborgen en verloren waren geraakt. Hij vulde een paar grote soldatenlaarzen die hij nog bezat met geldstukken en bracht de rest aan de keizer in Ravenna. Deze eiste alle gevonden schatten voor zichzelf op en liet Maximianus zweren dat hij alles had afgegeven. Deze zei: ‘Dit is alles, behalve wat ik in mijn schoenen heb’. Dat kon niet veel zijn, dacht de keizer, en hij was tevreden.
Toen in 546 de bisschopszetel van Ravenna vacant was, herinnerde de keizer zich de diaken en liet hem wijden tot aartsbisschop. Maar het volk had intussen reeds op canonieke wijze zelf een opvolger gekozen en weigerde om Maximianus zelfs maar in de stad toe te laten. Zijn gezellen wilden een klacht bij de keizer indienen, maar Maximianus weerhield hen daarvan en vestigde zich in de buurt van de stad en wachtte rustig af of de vijandigheid niet vanzelf zou uitdoven. Dit gebeurde inderdaad. Misschien eerst met tegenzin, om moeilijk- heden met de keizer te vermijden, maar al spoedig van ganser harte. Maximianus gebruikte het geld dat hij had achtergehouden op verstandige wijze ten bate van de stad en bestuurde zijn kudde met veel wijsheid, vroomheid en vriendelijkheid, zodat hij, toen hij na 10 jaar stierf, als een heilige werd beschouwd.
De heilige Aristion, bisschop van Salamis op Cyprus, werd door Papias genoemd als een van de twee en zeventig leerlingen die door Christus werden uitgezonden om de komst van het Godsrijk te prediken, zoals de geschiedschrijver Eusebios ons verhaalt.
De heilige Thalassios met zijn leerling Limneos. Zij leefden onder de blote hemel op een bergtop in de Syrische woestijn, onder volkomen stilzwijgen, ten tijde van de heilige bisschop Theodoritos van Cyr, die ook hun leven beschreven heeft. Thalassios is gestorven in 440.
Limneos was ziekelijk en ten prooi aan heftige pijnaanvallen, maar hij wilde niets doen of gebruiken om daarvan bevrijd te worden, maar verdroeg alles met heroïsch geduld. Van nature was hij rad van tong en geneigd om voor zijn beurt te spreken. Om zich daarvan te beteren nam hij jarenlang een volstrekt stilzwijgen in acht. Hij leefde in een soort van open kamer, met een deur en een venster, maar zonder dak, zodat hij onder de blote hemel toch tegen wilde dieren beschermd bleef.
Eens werd hij door een gifslang op tien plaatsen gebeten, maar ook daartegen wilde hij niet meer doen dan een kruisteken maken over zijn wonden, al had hij er nog zoveel pijn van. En het duurde lang eer hij daarvan genezen was.
Er waren in die streek veel blinden. Met hen had hij bijzonder medelijden. Hij leerde hen psalmzingen en bouwde voor hen op den duur twee huizen bij zijn cel, en hij wijdde zich aan hun geestelijk onderricht. Op deze wijze heeft hij 38 jaren geleefd.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Telesforus, bisschop van Rome van 125 tot 136; Anthusa, met twaalf dienaressen; Synetos; en zeer vele martelaren in Arabië‚ die onder Galerius uiterst wreed zijn vermoord.
Eveneens op deze dag de heilige Blasios, een bisschop; Paschasius‚ bisschop van Vienne, een heilig man en een groot geleerde, in 312; en Abilios‚ na de heilige Markos de tweede bisschop van Alexandrië‚ die door zijn heilig leven velen tot Christus heeft gebracht.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-414/
De heilige Mauritios (Maurikios) met 70 van zijn soldaten. Hij was generaal van het legeronderdeel dat in Syrië geplaatst was. Zij beleden Christus en weigerden te offeren aan de afgoden, tijdens de vervolging van de tiran Maximiaan. Zij werden gedegradeerd en gevangen gezet. Fotinos, de jongste zoon van Mauritios, nog maar een kind, werd om zijn vader te intimideren onthoofd. De anderen werden wreed verscheurd en gebrand, en tenslotte, ingesmeerd met honing, in een moeras blootgesteld aan de beten van wespen, horzels en muskieten. Zij hielden dit dagenlang uit en pas na tien dagen was de laatste gestorven. De lijken werden tenslotte onthoofd en verbrand, in 305. Van de martelaren zijn nog de namen Theodoros en Filippos bekend.
De heilige Maximianus, bisschop van Ravenna, was eerst diaken te Pola. Toen hij eens zijn land aan het ploegen was, stiet hij op een koffer vol goudstukken, die daar waarschijnlijk tijdens een of andere vijandelijke inval waren verborgen en verloren waren geraakt. Hij vulde een paar grote soldatenlaarzen die hij nog bezat met geldstukken en bracht de rest aan de keizer in Ravenna. Deze eiste alle gevonden schatten voor zichzelf op en liet Maximianus zweren dat hij alles had afgegeven. Deze zei: ‘Dit is alles, behalve wat ik in mijn schoenen heb’. Dat kon niet veel zijn, dacht de keizer, en hij was tevreden.
Toen in 546 de bisschopszetel van Ravenna vacant was, herinnerde de keizer zich de diaken en liet hem wijden tot aartsbisschop. Maar het volk had intussen reeds op canonieke wijze zelf een opvolger gekozen en weigerde om Maximianus zelfs maar in de stad toe te laten. Zijn gezellen wilden een klacht bij de keizer indienen, maar Maximianus weerhield hen daarvan en vestigde zich in de buurt van de stad en wachtte rustig af of de vijandigheid niet vanzelf zou uitdoven. Dit gebeurde inderdaad. Misschien eerst met tegenzin, om moeilijk- heden met de keizer te vermijden, maar al spoedig van ganser harte. Maximianus gebruikte het geld dat hij had achtergehouden op verstandige wijze ten bate van de stad en bestuurde zijn kudde met veel wijsheid, vroomheid en vriendelijkheid, zodat hij, toen hij na 10 jaar stierf, als een heilige werd beschouwd.
De heilige Aristion, bisschop van Salamis op Cyprus, werd door Papias genoemd als een van de twee en zeventig leerlingen die door Christus werden uitgezonden om de komst van het Godsrijk te prediken, zoals de geschiedschrijver Eusebios ons verhaalt.
De heilige Thalassios met zijn leerling Limneos. Zij leefden onder de blote hemel op een bergtop in de Syrische woestijn, onder volkomen stilzwijgen, ten tijde van de heilige bisschop Theodoritos van Cyr, die ook hun leven beschreven heeft. Thalassios is gestorven in 440.
Limneos was ziekelijk en ten prooi aan heftige pijnaanvallen, maar hij wilde niets doen of gebruiken om daarvan bevrijd te worden, maar verdroeg alles met heroïsch geduld. Van nature was hij rad van tong en geneigd om voor zijn beurt te spreken. Om zich daarvan te beteren nam hij jarenlang een volstrekt stilzwijgen in acht. Hij leefde in een soort van open kamer, met een deur en een venster, maar zonder dak, zodat hij onder de blote hemel toch tegen wilde dieren beschermd bleef.
Eens werd hij door een gifslang op tien plaatsen gebeten, maar ook daartegen wilde hij niet meer doen dan een kruisteken maken over zijn wonden, al had hij er nog zoveel pijn van. En het duurde lang eer hij daarvan genezen was.
Er waren in die streek veel blinden. Met hen had hij bijzonder medelijden. Hij leerde hen psalmzingen en bouwde voor hen op den duur twee huizen bij zijn cel, en hij wijdde zich aan hun geestelijk onderricht. Op deze wijze heeft hij 38 jaren geleefd.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Telesforus, bisschop van Rome van 125 tot 136; Anthusa, met twaalf dienaressen; Synetos; en zeer vele martelaren in Arabië‚ die onder Galerius uiterst wreed zijn vermoord.
Eveneens op deze dag de heilige Blasios, een bisschop; Paschasius‚ bisschop van Vienne, een heilig man en een groot geleerde, in 312; en Abilios‚ na de heilige Markos de tweede bisschop van Alexandrië‚ die door zijn heilig leven velen tot Christus heeft gebracht.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-414/
Moge de Heer u zegenen vanuit Sion, moogt gij het welzijn van Jeruzalem zien al uw levensdagen
-
- Berichten: 798
- Lid geworden op: 08 jul 2020, 19:56
- Man/Vrouw: M
- Locatie: Noord-Brabant
Re: De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
23 februari
De heilige Serenos, tuinman en martelaar, was geboren in Griekenland, maar in zijn vurig verlangen om geheel in Gods dienst te staan, verliet hij zijn bezittingen, zijn vrienden en zijn vaderland en trok naar het land der heidenen, om zich geheel te wijden aan het gebed en het ascetisch leven. Aangekomen in Sirmium in Pannonië (Hongarije), kocht hij een tuin om in zijn onderhoud te voorzien. Terwijl hij daar verbleef, brak opnieuw een vervolging uit. Er werd een keizerlijk edict bekend gemaakt dat beval dat iedereen, zonder uitzondering, zich op een nader bepaalde dag moest aanbieden om aan de goden te offeren. Serenos wist de stad uit te komen en zich verborgen te houden totdat deze plechtigheid voorbij was. Daarna kwam hij weer in zijn huis terug.
Terwijl hij eens aan het werk was op de tijd van de algemene siësta, kwam een vrouw de tuin binnen. Serenos vroeg haar wat ze wilde, en zij antwoordde dat zij verrukt was van de prachtig verzorgde tuin en er wat wilde wandelen. Serenos weer haar erop dat het voor een dame niet paste om op deze tijd van de dag alleen in de buurt van een man te komen. En dat, wanneer zij bepaalde bedoelingen had, hij zich niet daarvoor leende. Zij trok zich toen beledigd terug en beklaagde zich bij haar man, die lid was van de keizerlijke lijfwacht, dat zij lastiggevallen was. Deze wist toen te bewerken dat Serenos in hechtenis genomen werd om ondervraagd te worden. Tijdens het verhoor kwam de waarheid aan het licht, zodat de klacht werd ingetrokken. Maar de gouverneur was nieuwsgierig geworden waarom iemand zo’n kans voorbij liet gaan, en hij besloot Serenos verder te ondervragen.
Deze bevestigde het vermoeden dat hij christen was en bekende tevens dat hij zich had schuilgehouden toen het zijn beurt was geweest om aan de goden te offeren. Om zijn ongehoorzaamheid aan het keizerlijk edict werd hij toen onthoofd, in 307.
De heilige Damianos van de Athos. Hij was geboren in Griekenland in het begin van de dertiende eeuw. Toen hij als jongen hoorde vertellen over de heilige monniken die zich gevestigd hadden in het woeste bergland van het Athos- schiereiland, werd hij daar zo door gegrepen, dat hij alles in het werk stelde om erbij te komen. Nauwelijks aan de puberteit ontgroeid, lukte het hem en hij kwam in het klooster Esfigmenou.
Door zijn volstrekte toewijding en vurige ijver gold hij al spoedig als een voorbeeld voor de andere monniken. Omdat hij smachtte naar het ononderbroken gebed, vroeg hij zegen om als kluizenaar te gaan wonen op een nabijgelegen berg die Samaria genoemd werd. Omdat hij nog vrij jong en, onervaren was, zocht hij aansluiting bij een oudere asceet als geestelijke vader, om door volkomen gehoorzaamheid te ontkomen aan de valstrikken van de eigen wil. Zo werd hij zelf een begenadigde monnik, in wie de Heilige Geest zichtbaar stralend aanwezig was. Hij was bijzonder bevriend met een andere toekomstige heilige, de monnik Kosmas uit het Zografouklooster. Ook na zijn dood in 1280 werd Damianos door God verheerlijkt: veertig dagen lang geurde zijn graf naar welriekende myron.
De heilige Willigis, bisschop van Mainz, was geboren te Schöningen in Braunschweig. Hij was van geringe afkomst (de zoon van een wagenmaker) maar door zijn grote intelligentie steeg hij steeds hoger in de maatschappij, tot hij in 975 rijkskanselier werd van keizer Otto II.
Zijn invloed werd nog groter toen hij gewijd werd als aartsbisschop van Mainz en vertrouwensman bleef van de keizers Otto III en Hendrik II. Hij deed veel voor de missionering van noordwest Duitsland, Sleeswijk-Holstein; en hij verbreidde het christendom ook in zuid Scandinavië, vooral door het aanstellen van heilige en daadkrachtige bisschoppen. Verschillenden van hen zijn later heilig verklaard. Ook verhoogde hij krachtig het wetenschappelijk peil van de priesteropleiding op zijn seminarie (de Domschool). Hij riep verschillende synoden bijeen om gezamenlijk ingeslopen misbruiken weer recht te zetten.
Door het laten bouwen van een aantal grote kerken en andere belangrijke publieke werken bestreed hij de werkloosheid. Zijn inkomen besteedde hij aan hulp voor de armen. Daarbij kwam hij in conflict met een andere heilige bisschop, Bernward van Hildesheim, naar aanleiding van het inkomen uit de goederen van een benedictinessen-abdij in Gandesheim, waar een zuster van Otto III was ingetreden. Na een langdurige pijnlijke twist erkende Willigis tenslotte zijn ongelijk en bood vergoeding aan. Dit is de enige smet op zijn lang en zegenrijk bestuur. Hij is gestorven in Mainz in 1011.
Heilige Polykarpos
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-415/
De heilige Serenos, tuinman en martelaar, was geboren in Griekenland, maar in zijn vurig verlangen om geheel in Gods dienst te staan, verliet hij zijn bezittingen, zijn vrienden en zijn vaderland en trok naar het land der heidenen, om zich geheel te wijden aan het gebed en het ascetisch leven. Aangekomen in Sirmium in Pannonië (Hongarije), kocht hij een tuin om in zijn onderhoud te voorzien. Terwijl hij daar verbleef, brak opnieuw een vervolging uit. Er werd een keizerlijk edict bekend gemaakt dat beval dat iedereen, zonder uitzondering, zich op een nader bepaalde dag moest aanbieden om aan de goden te offeren. Serenos wist de stad uit te komen en zich verborgen te houden totdat deze plechtigheid voorbij was. Daarna kwam hij weer in zijn huis terug.
Terwijl hij eens aan het werk was op de tijd van de algemene siësta, kwam een vrouw de tuin binnen. Serenos vroeg haar wat ze wilde, en zij antwoordde dat zij verrukt was van de prachtig verzorgde tuin en er wat wilde wandelen. Serenos weer haar erop dat het voor een dame niet paste om op deze tijd van de dag alleen in de buurt van een man te komen. En dat, wanneer zij bepaalde bedoelingen had, hij zich niet daarvoor leende. Zij trok zich toen beledigd terug en beklaagde zich bij haar man, die lid was van de keizerlijke lijfwacht, dat zij lastiggevallen was. Deze wist toen te bewerken dat Serenos in hechtenis genomen werd om ondervraagd te worden. Tijdens het verhoor kwam de waarheid aan het licht, zodat de klacht werd ingetrokken. Maar de gouverneur was nieuwsgierig geworden waarom iemand zo’n kans voorbij liet gaan, en hij besloot Serenos verder te ondervragen.
Deze bevestigde het vermoeden dat hij christen was en bekende tevens dat hij zich had schuilgehouden toen het zijn beurt was geweest om aan de goden te offeren. Om zijn ongehoorzaamheid aan het keizerlijk edict werd hij toen onthoofd, in 307.
De heilige Damianos van de Athos. Hij was geboren in Griekenland in het begin van de dertiende eeuw. Toen hij als jongen hoorde vertellen over de heilige monniken die zich gevestigd hadden in het woeste bergland van het Athos- schiereiland, werd hij daar zo door gegrepen, dat hij alles in het werk stelde om erbij te komen. Nauwelijks aan de puberteit ontgroeid, lukte het hem en hij kwam in het klooster Esfigmenou.
Door zijn volstrekte toewijding en vurige ijver gold hij al spoedig als een voorbeeld voor de andere monniken. Omdat hij smachtte naar het ononderbroken gebed, vroeg hij zegen om als kluizenaar te gaan wonen op een nabijgelegen berg die Samaria genoemd werd. Omdat hij nog vrij jong en, onervaren was, zocht hij aansluiting bij een oudere asceet als geestelijke vader, om door volkomen gehoorzaamheid te ontkomen aan de valstrikken van de eigen wil. Zo werd hij zelf een begenadigde monnik, in wie de Heilige Geest zichtbaar stralend aanwezig was. Hij was bijzonder bevriend met een andere toekomstige heilige, de monnik Kosmas uit het Zografouklooster. Ook na zijn dood in 1280 werd Damianos door God verheerlijkt: veertig dagen lang geurde zijn graf naar welriekende myron.
De heilige Willigis, bisschop van Mainz, was geboren te Schöningen in Braunschweig. Hij was van geringe afkomst (de zoon van een wagenmaker) maar door zijn grote intelligentie steeg hij steeds hoger in de maatschappij, tot hij in 975 rijkskanselier werd van keizer Otto II.
Zijn invloed werd nog groter toen hij gewijd werd als aartsbisschop van Mainz en vertrouwensman bleef van de keizers Otto III en Hendrik II. Hij deed veel voor de missionering van noordwest Duitsland, Sleeswijk-Holstein; en hij verbreidde het christendom ook in zuid Scandinavië, vooral door het aanstellen van heilige en daadkrachtige bisschoppen. Verschillenden van hen zijn later heilig verklaard. Ook verhoogde hij krachtig het wetenschappelijk peil van de priesteropleiding op zijn seminarie (de Domschool). Hij riep verschillende synoden bijeen om gezamenlijk ingeslopen misbruiken weer recht te zetten.
Door het laten bouwen van een aantal grote kerken en andere belangrijke publieke werken bestreed hij de werkloosheid. Zijn inkomen besteedde hij aan hulp voor de armen. Daarbij kwam hij in conflict met een andere heilige bisschop, Bernward van Hildesheim, naar aanleiding van het inkomen uit de goederen van een benedictinessen-abdij in Gandesheim, waar een zuster van Otto III was ingetreden. Na een langdurige pijnlijke twist erkende Willigis tenslotte zijn ongelijk en bood vergoeding aan. Dit is de enige smet op zijn lang en zegenrijk bestuur. Hij is gestorven in Mainz in 1011.
Heilige Polykarpos
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-415/
Moge de Heer u zegenen vanuit Sion, moogt gij het welzijn van Jeruzalem zien al uw levensdagen
-
- Berichten: 798
- Lid geworden op: 08 jul 2020, 19:56
- Man/Vrouw: M
- Locatie: Noord-Brabant
Re: De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
24 februari
De heilige Montanus, Flavianus, Julianus, Primolus, Renus, Donatianus, Lucius en de priester Victor waren geestelijken van de kathedraal van de heilige Cyprianus, die het voorafgaande jaar ter dood was gebracht. Zij hebben zelf het eerste deel van hun martelaarsakte geschreven, hoe zij na het scherpe verhoor op een hongerrantsoen werden uitgemergeld in de gevangenis, zeven maanden lang. Toen werden allen die gewijd waren, ter dood veroordeeld, nadat de priester Victor reeds in het begin was ter dood gebracht. Montanus was profetisch begaafd en sterkte de anderen.
Op de dag dat het vonnis voltrokken werd, was de jonge Lucius zo verzwakt dat hij zich niet in staat voelde om samen met de anderen de gang door de menigte te ondergaan; hij ging vast vooruit naar de strafplaats. Maar Montanus was nog vol energie, hij riep de heidenen op tot bekering en de broeders tot standvastigheid.
Om zijn grote populariteit onder het volk was Flavianus gespaard omdat hij nog niet gewijd zou zijn. Maar hij verklaarde met nadruk dat hij diaken was en werd toen, drie dagen later, onthoofd. Dit alles voltrok zich in het jaar 259.
De heilige Ethelbert, de heidense koning van Kent, was gehuwd met Bertha, de enige dochter van Caribert, de koning van Parijs. Een langdurige vrede van bijna een eeuw had Kent tot grote welstand gebracht, en het een macht verleend die ver uitging boven die van de andere Saksische vorstendommen. Daardoor werd Ethelbert vaak aangeduid met de algemene titel Koning van Engeland. Bertha had in haar gevolg de heilige bisschop Letard meegebracht, wiens gedachtenis eveneens vandaag gevierd wordt. Deze droeg de heilige Mysteriën op in een oude kerk, toegewijd aan de heilige Martinus, nabij Canterbury. Zijn voorbeeldig leven en de goedheid die van hem uitging, maakten grote indruk op de bevolking, en de vijandigheid tegen het christendom begon te verminderen. Ook de koning kwam in verschillende opzichten terug van zijn vooroordelen. Zo werd langzaamaan de bodem voorbereid voor de prediking van de heilige Augustinus, die enige tijd later in Kent kwam missioneren. Onder invloed van Bertha kwam Ethelbert tot bekering en hij verzaakte openlijk aan de afgodendienst. Hij bekeerde zich uit geheel zijn hart en werd een volkomen nieuw mens. Hij besteedde veel tijd aan het gezamenlijk gebed en de zorg voor de armen werd nu een van zijn voornaamste bezigheden. Veel heeft hij ook gedaan voor een rechtvaardige wetgeving, die nog lange tijd rechtsgeldig is gebleven.
In tegenstelling tot zoveel andere nieuw-bekeerde vorsten, wilde hij geen dwang uitoefenen op zijn volk om zijn voorbeeld na te volgen, maar hij gaf wel daadkrachtige steun aan de missionarissen en moedigde hen aan om op vreedzame wijze het Evangelie te verkondigen. Deze wijze van optreden won ook koning Sabert van het aangrenzende Oost-Saksen, en op diens grondgebied bouwde Ethelbert toen de eerste kathedraal van de heilige Paulos (in het huidige Londen). Verder bouwde hij in Canterbury de beroemde kathedraal, en nog verschillende andere grote kerken. Zijn paleis in Canterbury schonk hij aan de heilige Augustinus. Hij is als een heilige gestorven in 616. Hij was toen 56 jaar oud.
De heilige Tarquillosa werd met man en zoon gevangen genomen onder keizer Valerianus, in Carthago. Zij moest meemaken hoe die beiden ter dood werden gebracht, maar zij moest achterblijven in de gevangenis, waar zij aan een langdurig hongerregime werd onderworpen. Na enkele maanden werd zij opnieuw voor de rechter gebracht, die haar door foltering van het geloof trachtte af te brengen. Toen zij na elke foltering steeds vuriger haar geloof in Christus beleed, werd zij tenslotte onthoofd, samen met een andere heilige vrouw, Septimia.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Primitiva, ter dood gebracht in Rome; en Sergios, te Caesarea in Cappadocië.
Eveneens op deze dag de heilige Modestus‚ bisschop van Trier; Johannes Theristus, een monnik van Calabrië.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-416/
De heilige Montanus, Flavianus, Julianus, Primolus, Renus, Donatianus, Lucius en de priester Victor waren geestelijken van de kathedraal van de heilige Cyprianus, die het voorafgaande jaar ter dood was gebracht. Zij hebben zelf het eerste deel van hun martelaarsakte geschreven, hoe zij na het scherpe verhoor op een hongerrantsoen werden uitgemergeld in de gevangenis, zeven maanden lang. Toen werden allen die gewijd waren, ter dood veroordeeld, nadat de priester Victor reeds in het begin was ter dood gebracht. Montanus was profetisch begaafd en sterkte de anderen.
Op de dag dat het vonnis voltrokken werd, was de jonge Lucius zo verzwakt dat hij zich niet in staat voelde om samen met de anderen de gang door de menigte te ondergaan; hij ging vast vooruit naar de strafplaats. Maar Montanus was nog vol energie, hij riep de heidenen op tot bekering en de broeders tot standvastigheid.
Om zijn grote populariteit onder het volk was Flavianus gespaard omdat hij nog niet gewijd zou zijn. Maar hij verklaarde met nadruk dat hij diaken was en werd toen, drie dagen later, onthoofd. Dit alles voltrok zich in het jaar 259.
De heilige Ethelbert, de heidense koning van Kent, was gehuwd met Bertha, de enige dochter van Caribert, de koning van Parijs. Een langdurige vrede van bijna een eeuw had Kent tot grote welstand gebracht, en het een macht verleend die ver uitging boven die van de andere Saksische vorstendommen. Daardoor werd Ethelbert vaak aangeduid met de algemene titel Koning van Engeland. Bertha had in haar gevolg de heilige bisschop Letard meegebracht, wiens gedachtenis eveneens vandaag gevierd wordt. Deze droeg de heilige Mysteriën op in een oude kerk, toegewijd aan de heilige Martinus, nabij Canterbury. Zijn voorbeeldig leven en de goedheid die van hem uitging, maakten grote indruk op de bevolking, en de vijandigheid tegen het christendom begon te verminderen. Ook de koning kwam in verschillende opzichten terug van zijn vooroordelen. Zo werd langzaamaan de bodem voorbereid voor de prediking van de heilige Augustinus, die enige tijd later in Kent kwam missioneren. Onder invloed van Bertha kwam Ethelbert tot bekering en hij verzaakte openlijk aan de afgodendienst. Hij bekeerde zich uit geheel zijn hart en werd een volkomen nieuw mens. Hij besteedde veel tijd aan het gezamenlijk gebed en de zorg voor de armen werd nu een van zijn voornaamste bezigheden. Veel heeft hij ook gedaan voor een rechtvaardige wetgeving, die nog lange tijd rechtsgeldig is gebleven.
In tegenstelling tot zoveel andere nieuw-bekeerde vorsten, wilde hij geen dwang uitoefenen op zijn volk om zijn voorbeeld na te volgen, maar hij gaf wel daadkrachtige steun aan de missionarissen en moedigde hen aan om op vreedzame wijze het Evangelie te verkondigen. Deze wijze van optreden won ook koning Sabert van het aangrenzende Oost-Saksen, en op diens grondgebied bouwde Ethelbert toen de eerste kathedraal van de heilige Paulos (in het huidige Londen). Verder bouwde hij in Canterbury de beroemde kathedraal, en nog verschillende andere grote kerken. Zijn paleis in Canterbury schonk hij aan de heilige Augustinus. Hij is als een heilige gestorven in 616. Hij was toen 56 jaar oud.
De heilige Tarquillosa werd met man en zoon gevangen genomen onder keizer Valerianus, in Carthago. Zij moest meemaken hoe die beiden ter dood werden gebracht, maar zij moest achterblijven in de gevangenis, waar zij aan een langdurig hongerregime werd onderworpen. Na enkele maanden werd zij opnieuw voor de rechter gebracht, die haar door foltering van het geloof trachtte af te brengen. Toen zij na elke foltering steeds vuriger haar geloof in Christus beleed, werd zij tenslotte onthoofd, samen met een andere heilige vrouw, Septimia.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Primitiva, ter dood gebracht in Rome; en Sergios, te Caesarea in Cappadocië.
Eveneens op deze dag de heilige Modestus‚ bisschop van Trier; Johannes Theristus, een monnik van Calabrië.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-416/
Moge de Heer u zegenen vanuit Sion, moogt gij het welzijn van Jeruzalem zien al uw levensdagen
-
- Berichten: 798
- Lid geworden op: 08 jul 2020, 19:56
- Man/Vrouw: M
- Locatie: Noord-Brabant
Re: De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
25 februari
De heilige Pafnoetios van Kefala was een tijdgenoot van de heilige Antonios de Grote, die hem zeer hoog schatte als een echte asceet, met de gave om de zielen te genezen en te redden. Van hem wordt verteld dat hij de tachtig jaren van zijn monnikschap altijd hetzelfde habijt had gedragen zonder het ooit uit te doen. Een andere lezing, die waarschijnlijker klinkt, zegt dat hij nooit meer dan één tuniek tegelijk bezat. Samen met de beroemde Makarios en de grote Serapion heeft hij een leefregel opgesteld voor de kluizenaars in de woestijn, die later overgenomen is door de heilige Benedictus van Aniane. In de bijeenkomst der broeders onderscheidde hij zich door zijn rustig en overwogen oordeel, waarbij hij altijd eerst het belang van de broeder over wie geoordeeld moest worden, in het oog hield. Een uitspraak van hem luidde: ‘Houd meer van werk en inspanning dan van rust; meer van verachting dan van verering; meer van geven dan van krijgen’. En hij waarschuwde ernstig: “wanneer God ons een talent geschonken heeft en we denken dat we zelf daarmee iets goeds gedaan hebben, dan zal God toelaten dat we in vernederende zonde vallen omdat we de eer van het goede werk niet aan Hem hebben toegeschreven. En dan geldt voor ons het woord uit de psalm: ‘Waarom spreekt ge van mijn gerechtigheden, terwijl uw onreine lippen Mijn Verbond schenden?’” (vgl. ps. 49).
Wanneer hij iemand iets slechts zag doen, begon hij ogenblikkelijk God te smeken om vergeving, alsof hij het zelf had gedaan. Bij zijn zwerftochten door de woestijn ontmoette hij eens een groep rovers die aan het drinken waren. De hoofdman, die hem kende en wist dat Pafnoetios nooit iets dronk, zette hem een dolk op de borst en dreigde hem te doorboren wanneer hij niet een glas met hen meedronk. Pafnoetios wilde de ander niet met een moord belasten en dronk rustig zijn glas uit. De ander was getroffen en vroeg vergeving, en beloofde zijn gewelddadigheden te zullen staken. Dit alles gebeurde in de tijd van de grote Antonios, dus in de 4e eeuw.
De heilige Reginos, bisschop van Skopelos op de Sporaden-eilanden in de Egeïsche Zee. Hij nam deel aan de synode van Sardica tegen de Arianen, in het huidige Bulgaarse Sofia, in 343. Twintig jaar later, onder Juliaan de afvallige, werd hij hierover ter verantwoording geroepen, en toen hij vasthield aan de orthodoxie werd hij zwaar gemarteld en onthoofd.
De heilige Altrudis, abdis de abdij van Maubeuge, was van kind af in ernstig christendom opgevoed. Zij koos het religieuze leven en trad in de abdij van Maubeuge, die door haar tante (Aldegonda) was gesticht, wier opvolgster zij zou worden. Van haar wordt verteld dat zij eens kaarseneindjes aan het smelten was om die opnieuw te gebruiken, en dat toen de vlam in de pot sloeg, zij die met haar blote handen van het vuur pakte en op de grond zette, waarbij de gloeiende was over haar handen stroomde. Zij werd hierdoor echter niet verbrand. Ze leefde tegen het einde van de 7e eeuw.
De heilige Alexandros afkomstig uit Puteoli. Onder stadhouder Tiberius werd hij rond 300 als christen gevangen genomen en gefolterd, met zware gewichten uitgerekt en geslagen. Vervolgens werd hij rondgesleept door het rijk, tot in Bulgarije, waar hij opnieuw tot schouwspel moest dienen en met brandende toortsen geblakerd werd. Hij eindigde zijn moedig gedragen lijden in Thracië, waar hij tenslotte werd onthoofd.
De heilige Ananias was een priester in Fenicië die langdurig op de wreedste manier werd gepijnigd en dan onder zo smerig mogelijke omstandigheden werd opgesloten zodat zijn wonden bij een volgende marteling des te pijnlijker zouden zijn. Maar hij onderging dit alles met zoveel moed en standvastigheid dat Petros, de gevangenbewaarder, zich tot Christus bekeerde en eveneens de martelingen verdroeg. Tenslotte werden zij met nog zeven christensoldaten in zee geworpen en verdronken, in 298.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Antonios, die op een braadrooster ter dood is gebracht; Markellos, bisschop van Soli op Cyprus, door het zwaard gestorven; vele martelaren, die onder keizer Numerianus ontzettende folteringen moesten doorstaan in Egypte; evenals Donatus, Justus, Herena en hun gezellen in Noord-Afrika.
Heilige Walburga
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-417/
De heilige Pafnoetios van Kefala was een tijdgenoot van de heilige Antonios de Grote, die hem zeer hoog schatte als een echte asceet, met de gave om de zielen te genezen en te redden. Van hem wordt verteld dat hij de tachtig jaren van zijn monnikschap altijd hetzelfde habijt had gedragen zonder het ooit uit te doen. Een andere lezing, die waarschijnlijker klinkt, zegt dat hij nooit meer dan één tuniek tegelijk bezat. Samen met de beroemde Makarios en de grote Serapion heeft hij een leefregel opgesteld voor de kluizenaars in de woestijn, die later overgenomen is door de heilige Benedictus van Aniane. In de bijeenkomst der broeders onderscheidde hij zich door zijn rustig en overwogen oordeel, waarbij hij altijd eerst het belang van de broeder over wie geoordeeld moest worden, in het oog hield. Een uitspraak van hem luidde: ‘Houd meer van werk en inspanning dan van rust; meer van verachting dan van verering; meer van geven dan van krijgen’. En hij waarschuwde ernstig: “wanneer God ons een talent geschonken heeft en we denken dat we zelf daarmee iets goeds gedaan hebben, dan zal God toelaten dat we in vernederende zonde vallen omdat we de eer van het goede werk niet aan Hem hebben toegeschreven. En dan geldt voor ons het woord uit de psalm: ‘Waarom spreekt ge van mijn gerechtigheden, terwijl uw onreine lippen Mijn Verbond schenden?’” (vgl. ps. 49).
Wanneer hij iemand iets slechts zag doen, begon hij ogenblikkelijk God te smeken om vergeving, alsof hij het zelf had gedaan. Bij zijn zwerftochten door de woestijn ontmoette hij eens een groep rovers die aan het drinken waren. De hoofdman, die hem kende en wist dat Pafnoetios nooit iets dronk, zette hem een dolk op de borst en dreigde hem te doorboren wanneer hij niet een glas met hen meedronk. Pafnoetios wilde de ander niet met een moord belasten en dronk rustig zijn glas uit. De ander was getroffen en vroeg vergeving, en beloofde zijn gewelddadigheden te zullen staken. Dit alles gebeurde in de tijd van de grote Antonios, dus in de 4e eeuw.
De heilige Reginos, bisschop van Skopelos op de Sporaden-eilanden in de Egeïsche Zee. Hij nam deel aan de synode van Sardica tegen de Arianen, in het huidige Bulgaarse Sofia, in 343. Twintig jaar later, onder Juliaan de afvallige, werd hij hierover ter verantwoording geroepen, en toen hij vasthield aan de orthodoxie werd hij zwaar gemarteld en onthoofd.
De heilige Altrudis, abdis de abdij van Maubeuge, was van kind af in ernstig christendom opgevoed. Zij koos het religieuze leven en trad in de abdij van Maubeuge, die door haar tante (Aldegonda) was gesticht, wier opvolgster zij zou worden. Van haar wordt verteld dat zij eens kaarseneindjes aan het smelten was om die opnieuw te gebruiken, en dat toen de vlam in de pot sloeg, zij die met haar blote handen van het vuur pakte en op de grond zette, waarbij de gloeiende was over haar handen stroomde. Zij werd hierdoor echter niet verbrand. Ze leefde tegen het einde van de 7e eeuw.
De heilige Alexandros afkomstig uit Puteoli. Onder stadhouder Tiberius werd hij rond 300 als christen gevangen genomen en gefolterd, met zware gewichten uitgerekt en geslagen. Vervolgens werd hij rondgesleept door het rijk, tot in Bulgarije, waar hij opnieuw tot schouwspel moest dienen en met brandende toortsen geblakerd werd. Hij eindigde zijn moedig gedragen lijden in Thracië, waar hij tenslotte werd onthoofd.
De heilige Ananias was een priester in Fenicië die langdurig op de wreedste manier werd gepijnigd en dan onder zo smerig mogelijke omstandigheden werd opgesloten zodat zijn wonden bij een volgende marteling des te pijnlijker zouden zijn. Maar hij onderging dit alles met zoveel moed en standvastigheid dat Petros, de gevangenbewaarder, zich tot Christus bekeerde en eveneens de martelingen verdroeg. Tenslotte werden zij met nog zeven christensoldaten in zee geworpen en verdronken, in 298.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Antonios, die op een braadrooster ter dood is gebracht; Markellos, bisschop van Soli op Cyprus, door het zwaard gestorven; vele martelaren, die onder keizer Numerianus ontzettende folteringen moesten doorstaan in Egypte; evenals Donatus, Justus, Herena en hun gezellen in Noord-Afrika.
Heilige Walburga
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-417/
Moge de Heer u zegenen vanuit Sion, moogt gij het welzijn van Jeruzalem zien al uw levensdagen
-
- Berichten: 798
- Lid geworden op: 08 jul 2020, 19:56
- Man/Vrouw: M
- Locatie: Noord-Brabant
Re: De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
26 februari
De heilige Dionysius, bisschop van Augsburg, samen met zijn zuster Hilaria en haar dochter Afra, waren bekeerd door de heilige Narcissus. Toen deze naar Spanje geroepen werd, gaf hij Dionysius extra onderricht en stelde hem aan tot herder van de kleine groep trouwe gelovigen die in Augsburg achterbleef. Daar vielen zij ten slachtoffer aan de vervolging en verwierven de martelaarspalm in 303.
De heilige Johannes kalfas (d.w.z. de architect), de nieuwe martelaar. Hij werkte aan het hof van de kalief als meubelmaker-houtsnijder, algemeen geacht om zijn bescheidenheid en vrijgevigheid. Hij had een Turkse leerjongen die door hem dit goede baantje gekregen had en die ook op hem gesteld was. Johannes was vertrouwelijk met hem, en toen zij eens over de godsdienst spraken, liet hij merken dat hij Mohammed voor een valse profeet hield. Daarmee maakte hij zich de jongen tot vijand. Deze klaagde Johannes aan bij andere Turken, die hem aftuigden en voor de rechter sleepten. Toen Johannes weigerde om Christus te verloochenen werd hij tot een half jaar dienst als galeislaaf veroordeeld.
Na afloop van deze straf werd hij nog drie maanden onder veel kwellingen gevangen gehouden en ondervraagd, maar toen hij standvastig bleef, werd hij ter dood veroordeeld en onthoofd in 1575.
De heilige Fotina (Fotini), de Samaritaanse. Zij was de vrouw met wie Christus heeft gesproken bij de Jakobsput‚ zoals uitvoerig in het Johannes-Evangelie wordt verhaald. Daaruit blijkt dat zij een nogal wild leven leidde en het niet nauw nam met de waarheid. Zij werd echter getroffen door de volstrekte oprechtheid en het zelfbewuste gezag dat Christus uitstraalde. Twijfel aan haar eigen levenswandel en een onbevredigde honger naar het geestelijke, spreken uit de vraag over het gebed die zij aan Christus voorlegde. Zijn antwoorden drongen diep in haar hart en in spontaan enthousiasme laat ze haar kruik in de steek en loopt de stad rond om te juichen dat ze misschien de Messias heeft gevonden.
Zij was een vrouw uit het volk en stond bij het volk in hoge eer. Zij had vijf zusters en drie zonen, elk met een symbolische naam: Anatoli, Foto, Fotis, Paraskeva, Kyriake en Fotinos, Joses en Viktor. Zij werden gedoopt na Pinksteren en trokken met de apostelen rond om te prediken. In Rome werden zij gevangen genomen en gemarteld, maar de martelingen bleven zonder uitwerking of er volgden wonderdadige genezingen. Slechts grof geweld kon een einde aan hun leven maken, terwijl Fotina zelf, nadat zij door een verschijning van Christus genezen was, later in de gevangenis stierf. Met haar stierven ook Sebastianos en Christodoulos.
De heilige Victor van Arcis (Champagne), uit een aanzienlijke familie van Troyes, was van kind af bestemd voor de geestelijke stand, om zijn liefde voor het gebed en zijn vreugde bij het helpen van de armen. Hij kon goed studeren en kreeg spoedig pastorale functies toevertrouwd, maar zijn verlangen ging uit naar een leven dat veel sterker gewijd kon zijn aan het gebed in de eenzaamheid. Hij was mystiek begaafd en de verbondenheid met God straalde zozeer van hem uit dat hij beschouwd werd als een Godsengel in mensengedaante. Hij is gestorven rond het jaar 600.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Papias‚ Diodoros‚ Konon en Klaudianos, die geleden hebben samen met bisschop Nestor (28 februari); Fortunatus en Felix; en 27 anderen die met hen ter dood zijn gebracht.
Eveneens op deze dag de heilige Sebastianos van Potsjechon, tegen 1500; Agrikola, bisschop van Nevers‚ 594; Nikolaas Katopinos, te Constantinopel; Faustinianus‚ bisschop van Bologna, na martelingen in leven gebleven tijdens de vervolging van Diokletiaan; en Andreas, bisschop van Florence.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-418/
De heilige Dionysius, bisschop van Augsburg, samen met zijn zuster Hilaria en haar dochter Afra, waren bekeerd door de heilige Narcissus. Toen deze naar Spanje geroepen werd, gaf hij Dionysius extra onderricht en stelde hem aan tot herder van de kleine groep trouwe gelovigen die in Augsburg achterbleef. Daar vielen zij ten slachtoffer aan de vervolging en verwierven de martelaarspalm in 303.
De heilige Johannes kalfas (d.w.z. de architect), de nieuwe martelaar. Hij werkte aan het hof van de kalief als meubelmaker-houtsnijder, algemeen geacht om zijn bescheidenheid en vrijgevigheid. Hij had een Turkse leerjongen die door hem dit goede baantje gekregen had en die ook op hem gesteld was. Johannes was vertrouwelijk met hem, en toen zij eens over de godsdienst spraken, liet hij merken dat hij Mohammed voor een valse profeet hield. Daarmee maakte hij zich de jongen tot vijand. Deze klaagde Johannes aan bij andere Turken, die hem aftuigden en voor de rechter sleepten. Toen Johannes weigerde om Christus te verloochenen werd hij tot een half jaar dienst als galeislaaf veroordeeld.
Na afloop van deze straf werd hij nog drie maanden onder veel kwellingen gevangen gehouden en ondervraagd, maar toen hij standvastig bleef, werd hij ter dood veroordeeld en onthoofd in 1575.
De heilige Fotina (Fotini), de Samaritaanse. Zij was de vrouw met wie Christus heeft gesproken bij de Jakobsput‚ zoals uitvoerig in het Johannes-Evangelie wordt verhaald. Daaruit blijkt dat zij een nogal wild leven leidde en het niet nauw nam met de waarheid. Zij werd echter getroffen door de volstrekte oprechtheid en het zelfbewuste gezag dat Christus uitstraalde. Twijfel aan haar eigen levenswandel en een onbevredigde honger naar het geestelijke, spreken uit de vraag over het gebed die zij aan Christus voorlegde. Zijn antwoorden drongen diep in haar hart en in spontaan enthousiasme laat ze haar kruik in de steek en loopt de stad rond om te juichen dat ze misschien de Messias heeft gevonden.
Zij was een vrouw uit het volk en stond bij het volk in hoge eer. Zij had vijf zusters en drie zonen, elk met een symbolische naam: Anatoli, Foto, Fotis, Paraskeva, Kyriake en Fotinos, Joses en Viktor. Zij werden gedoopt na Pinksteren en trokken met de apostelen rond om te prediken. In Rome werden zij gevangen genomen en gemarteld, maar de martelingen bleven zonder uitwerking of er volgden wonderdadige genezingen. Slechts grof geweld kon een einde aan hun leven maken, terwijl Fotina zelf, nadat zij door een verschijning van Christus genezen was, later in de gevangenis stierf. Met haar stierven ook Sebastianos en Christodoulos.
De heilige Victor van Arcis (Champagne), uit een aanzienlijke familie van Troyes, was van kind af bestemd voor de geestelijke stand, om zijn liefde voor het gebed en zijn vreugde bij het helpen van de armen. Hij kon goed studeren en kreeg spoedig pastorale functies toevertrouwd, maar zijn verlangen ging uit naar een leven dat veel sterker gewijd kon zijn aan het gebed in de eenzaamheid. Hij was mystiek begaafd en de verbondenheid met God straalde zozeer van hem uit dat hij beschouwd werd als een Godsengel in mensengedaante. Hij is gestorven rond het jaar 600.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Papias‚ Diodoros‚ Konon en Klaudianos, die geleden hebben samen met bisschop Nestor (28 februari); Fortunatus en Felix; en 27 anderen die met hen ter dood zijn gebracht.
Eveneens op deze dag de heilige Sebastianos van Potsjechon, tegen 1500; Agrikola, bisschop van Nevers‚ 594; Nikolaas Katopinos, te Constantinopel; Faustinianus‚ bisschop van Bologna, na martelingen in leven gebleven tijdens de vervolging van Diokletiaan; en Andreas, bisschop van Florence.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-418/
Moge de Heer u zegenen vanuit Sion, moogt gij het welzijn van Jeruzalem zien al uw levensdagen
-
- Berichten: 798
- Lid geworden op: 08 jul 2020, 19:56
- Man/Vrouw: M
- Locatie: Noord-Brabant
Re: De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
27 februari
De heilige Gelasios, een toneelspeler in Heliopolis. Toen hij eens in een satire het christelijk geloof bespottelijk moest maken en daarbij ook gedoopt werd door een andere clown die de doopwoorden uitsprak, en met een wit gewaad werd bekleed, kwam hij als een totaal veranderd mens uit het bad tevoorschijn en beleed dat hij, gelovig was. Want terwijl hij in het water was, had hij zulk een stralend licht aanschouwd, dat hij niets anders meer verlangde dan daar bij te zijn.
Toen de menigte merkte dat het Gelasios ernst geworden was, maakte zich een wilde woede van hen meester. De mensen stormden de arena in, sleepten Gelasios naar buiten en sloegen hem dood met de stenen die zij daar vonden, in het jaar 297. Het lichaam van Gelasios werd naar zijn geboortedorp Mariamnia gebracht en daar werd over zijn graf een kerk gebouwd.
De heilige Thallaleos uit Syrië, was monnik geworden in de laura van de heilige Sabbas, bij Jeruzalem. Later leefde hij als kluizenaar in de buurt van de Syrische stad Hawat op een hoge berg, op de plaats waar vroeger een heidense tempel had gestaan, om dit door de demonen bezochte oord door gebed en ascese te heiligen. Zijn cel was zo klein, dat hij zich er slechts met moeite in kon persen. ln de loop der tijd kwamen de mensen hem steeds vaker bezoeken, aangetrokken door zijn heilig leven. De heilige Sofronios van Jeruzalem kende hem en schreef dat hij zestig jaar geweend heeft over zijn vroegere zonden. Van God verkreeg hij de genade van genezingen. Hij is gestorven in 460.
De heilige Julianos de jichtlijder leefde in Alexandrië. Hij was volkomen invalide door hevige jicht en nadat hij als christen was aangebracht, werd hij in een draagstoel door twee bedienden naar de rechter gebracht. De ene liet zich door angst overmeesteren en verzaakte aan zijn geloof. Chronion echter bleef, evenals Julianos, ondanks alle dreigingen Christus belijden. Zij werden toen op kamelen vastgebonden en onder zweepslagen door de stad gejaagd, en tenslotte levend verbrand.
Een soldaat, Besa, die hen wilde beschermen tegen de ruwe spot door de samengestroomde menigte, werd daardoor als christen herkend, aangeklaagd, gevangen genomen en, toen hij standvastig bleef, onthoofd.
De heilige Jakobos leefde als kluizenaar in een kleine hut, waar hij nooit vuur ontstak en waar nooit een lamp brandde. Hij had zich daar volkomen afgesloten en werd ook nooit door iemand gezien. Vrome dorpelingen brachten hem voedsel door een gat in de muur. Ondanks deze harde levenswijze bereikte hij een leeftijd van negentig jaar, tot hij in vrede in de Heer ontsliep, in het begin van de vijfde eeuw.
De heilige Honorina heeft de marteldood ondergaan in het gebied van Caux (Normandië), waar zij als kluizenares leefde tegen het einde van de 3e eeuw. Zij was begraven in Graville, aan de monding van de Seine, maar tijdens de invallen van de Noormannen werden haar relieken stroomopwaarts in veiligheid gebracht tot aan de samenvloeiing met de Oise. De stad die daar ontstond, draagt haar naam: Conflans-Sainte-Honorine.
De heilige Prokopios de Dekapoliet, monnik-belijder. Hij was afkomstig uit de Dekapolis, het Tienstedengebied, aan het Meer van Galilea. Reeds op jonge leeftijd werd hij monnik en hij streed moedig om zich te reinigen van menselijke hartstochten. Toen onder Leo de Isauriër de strijd om de verering der iconen begon, werd hij een vurig verdediger van de heilige iconen en hij weerlegde de aanvallen der iconoclasten. Daarvoor werd hij heftig geslagen en in de gevangenis geworpen. Toen keizer Leo na een regering van 24 jaar gestorven was in 741, werd hij weer vrijgelaten. Hij leefde nog enige tijd in strenge ascese, en is toen in vrede ontslapen.
De heilige Ainoth was koeherder van de heilige Werburgh, maar later ging hij als kluizenaar leven in het woud bij Stowe. Daar werd hij vermoord door een roversbende, die in hem waarschijnlijk een verklikker zag. Rond 727.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-419/
De heilige Gelasios, een toneelspeler in Heliopolis. Toen hij eens in een satire het christelijk geloof bespottelijk moest maken en daarbij ook gedoopt werd door een andere clown die de doopwoorden uitsprak, en met een wit gewaad werd bekleed, kwam hij als een totaal veranderd mens uit het bad tevoorschijn en beleed dat hij, gelovig was. Want terwijl hij in het water was, had hij zulk een stralend licht aanschouwd, dat hij niets anders meer verlangde dan daar bij te zijn.
Toen de menigte merkte dat het Gelasios ernst geworden was, maakte zich een wilde woede van hen meester. De mensen stormden de arena in, sleepten Gelasios naar buiten en sloegen hem dood met de stenen die zij daar vonden, in het jaar 297. Het lichaam van Gelasios werd naar zijn geboortedorp Mariamnia gebracht en daar werd over zijn graf een kerk gebouwd.
De heilige Thallaleos uit Syrië, was monnik geworden in de laura van de heilige Sabbas, bij Jeruzalem. Later leefde hij als kluizenaar in de buurt van de Syrische stad Hawat op een hoge berg, op de plaats waar vroeger een heidense tempel had gestaan, om dit door de demonen bezochte oord door gebed en ascese te heiligen. Zijn cel was zo klein, dat hij zich er slechts met moeite in kon persen. ln de loop der tijd kwamen de mensen hem steeds vaker bezoeken, aangetrokken door zijn heilig leven. De heilige Sofronios van Jeruzalem kende hem en schreef dat hij zestig jaar geweend heeft over zijn vroegere zonden. Van God verkreeg hij de genade van genezingen. Hij is gestorven in 460.
De heilige Julianos de jichtlijder leefde in Alexandrië. Hij was volkomen invalide door hevige jicht en nadat hij als christen was aangebracht, werd hij in een draagstoel door twee bedienden naar de rechter gebracht. De ene liet zich door angst overmeesteren en verzaakte aan zijn geloof. Chronion echter bleef, evenals Julianos, ondanks alle dreigingen Christus belijden. Zij werden toen op kamelen vastgebonden en onder zweepslagen door de stad gejaagd, en tenslotte levend verbrand.
Een soldaat, Besa, die hen wilde beschermen tegen de ruwe spot door de samengestroomde menigte, werd daardoor als christen herkend, aangeklaagd, gevangen genomen en, toen hij standvastig bleef, onthoofd.
De heilige Jakobos leefde als kluizenaar in een kleine hut, waar hij nooit vuur ontstak en waar nooit een lamp brandde. Hij had zich daar volkomen afgesloten en werd ook nooit door iemand gezien. Vrome dorpelingen brachten hem voedsel door een gat in de muur. Ondanks deze harde levenswijze bereikte hij een leeftijd van negentig jaar, tot hij in vrede in de Heer ontsliep, in het begin van de vijfde eeuw.
De heilige Honorina heeft de marteldood ondergaan in het gebied van Caux (Normandië), waar zij als kluizenares leefde tegen het einde van de 3e eeuw. Zij was begraven in Graville, aan de monding van de Seine, maar tijdens de invallen van de Noormannen werden haar relieken stroomopwaarts in veiligheid gebracht tot aan de samenvloeiing met de Oise. De stad die daar ontstond, draagt haar naam: Conflans-Sainte-Honorine.
De heilige Prokopios de Dekapoliet, monnik-belijder. Hij was afkomstig uit de Dekapolis, het Tienstedengebied, aan het Meer van Galilea. Reeds op jonge leeftijd werd hij monnik en hij streed moedig om zich te reinigen van menselijke hartstochten. Toen onder Leo de Isauriër de strijd om de verering der iconen begon, werd hij een vurig verdediger van de heilige iconen en hij weerlegde de aanvallen der iconoclasten. Daarvoor werd hij heftig geslagen en in de gevangenis geworpen. Toen keizer Leo na een regering van 24 jaar gestorven was in 741, werd hij weer vrijgelaten. Hij leefde nog enige tijd in strenge ascese, en is toen in vrede ontslapen.
De heilige Ainoth was koeherder van de heilige Werburgh, maar later ging hij als kluizenaar leven in het woud bij Stowe. Daar werd hij vermoord door een roversbende, die in hem waarschijnlijk een verklikker zag. Rond 727.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-419/
Moge de Heer u zegenen vanuit Sion, moogt gij het welzijn van Jeruzalem zien al uw levensdagen
-
- Berichten: 798
- Lid geworden op: 08 jul 2020, 19:56
- Man/Vrouw: M
- Locatie: Noord-Brabant
Re: De levens van de heiligen voor elke dag - februari en eind januari
28 februari
De heilige martelaren van Alexandrië. Een grote pestepidemie trok door heel het Romeinse rijk, dertien jaar lang, van 249 tot 262. In het begin werd vooral Rome getroffen: daar stierven soms vijfduizend mensen op één dag. Hele streken raakten ontvolkt. Tegen het einde van die periode heerste de plaag vooral in Alexandrië. Er is nog een beschrijving van door bisschop Dionyssios die daar toen leefde. De stad was nog lijdend aan de gevolgen van een heftige burgeroorlog, die de stad zo gevaarlijk maakte dat men minder kans op een ongeluk had bij een wereldreis van oost naar west dan van de ene wijk van de stad naar de andere.
Maar nog veel erger was de pest die toen volgde: er was geen huis waar niet een dode te betreuren viel, overal hoorde je er het kermen van de onverzorgde zieken en de straten waren vergeven van de lijkenstank. Men durfde zijn beste vrienden niet meer te bezoeken, wie de ziekte kreeg, kon geen verzorging vinden. De stervenden werden op straat gesleept, maar niemand durfde de gestorvenen te begraven.
Toen kwamen de christenen tevoorschijn, die tijdens de heftige vervolgingen de stad uit gevlucht waren. Zij hadden geleefd in de woestijn of op wrakke schepen, ze waren afgemaakt als wilde dieren wanneer ze gevonden werden. Maar nu toonden ze zich openlijk en gingen de besmette huizen binnen om zieken te verzorgen en de doden te begraven. Velen van hen werden zelf slachtoffer van hun liefdewerk, maar hun moedig voorbeeld trok weer anderen naar de stad om hun arbeid voort te zetten, drie jaar lang, in 261, 262 en 263, tot de pest voorbij was. Terecht worden deze moedige slachtoffers vereerd als martelaren, zij hebben immers met hun leven getuigenis afgelegd van de liefde van Christus die in hun leefde, zodat zij hun leven gaven, niet slechts voor hun vrienden maar voor hun vijanden. Hun grote aantal is niet bekend, maar onder hen bevonden zich veel priesters en diakens. In latere eeuwen werd hun voorbeeld gevolgd door de monniken, die vanuit de woestijn naar de stad kwamen wanneer daar een besmettelijke ziekte heerste.
Patriarch Dionyssios die het allemaal had meegemaakt, schrijft in zijn paasbrief:
‘Voor allen is het nu de tijd om feest te vieren, maar voor ons is alles vervuld van tranen, overal heerst rouw en heel de stad kreunt door de menigte van doden en stervenden. Het is weer als in de tijd toen de eerstgeborenen van Egypte waren gedood: een eindeloze klaagzang weerklinkt, geen huis is er zonder dode. En dan nog zou ik wensen dat dit alles was, maar voordat de pest uitbrak, hoeveel ellende hebben we toen al niet moeten doorstaan! We werden weggedreven naar de verbanning, we werden vervolgd en ter dood gebracht. Toen kwamen de oorlog en de hongersnood, die ook de heidenen trof, evenzeer als ons. En nu worden we overvallen door deze pest, die voor de heidenen het verschrikkelijkste is wat hun kan overkomen, terwijl het voor ons meer een oefenschool is. Het grootste deel van onze broeders heeft zichzelf in geen enkel opzicht gespaard en heeft zich dag en nacht ingezet om te voorzien in de algemene nood, heeft onophoudelijk ook hun zieken verzorgd en hun alle liefde betoond. En velen van hen zijn, terwijl ze anderen beterschap brachten, zelf slachtoffer geworden. Juist de besten van onze broeders hebben zo hun leven gegeven, priesters en diakens en aanzienlijke leken. Zulk een dood, met zoveel vroomheid en vurig geloof, lijkt me niet ver af te staan van het echte martelaarschap. Onze mensen namen de lichamen van deze heiligen in hun blote handen en droegen ze aan hun borst; ze reinigden hun ogen en sloten hun mond; zij strekten de verwrongen ledematen en wasten en kleedden die lichamen voor de begrafenis, totdat ook aan henzelf die dienst moest worden verricht. Hoe anders ging het toe bij de heidenen. Wanneer iemand ziek werd dan durfden zelfs zijn beste vrienden zich niet meer bij hem te vertonen. De stervenden werden zonder meer op straat geworpen en de doden liet men onbegraven liggen om de panische angst die er heerste voor contact met hen die door de ziekte waren aangestoken.’
De heilige Digna was een prinses uit het Franse koningshuis. Zij had haar maagdelijkheid aan de Heer gewijd en leefde teruggetrokken een ascetisch leven. Wel begaf zij zich onder de armen om hen bij te staan in hun nood. Tegen het jaar 700 trok zij naar Beieren waar ze enkele kloosters stichtte en waar ze, op gevorderde leeftijd, in de Heer ontslapen is.
Martelaressen Kyrianna en Akylina
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-420/
De heilige martelaren van Alexandrië. Een grote pestepidemie trok door heel het Romeinse rijk, dertien jaar lang, van 249 tot 262. In het begin werd vooral Rome getroffen: daar stierven soms vijfduizend mensen op één dag. Hele streken raakten ontvolkt. Tegen het einde van die periode heerste de plaag vooral in Alexandrië. Er is nog een beschrijving van door bisschop Dionyssios die daar toen leefde. De stad was nog lijdend aan de gevolgen van een heftige burgeroorlog, die de stad zo gevaarlijk maakte dat men minder kans op een ongeluk had bij een wereldreis van oost naar west dan van de ene wijk van de stad naar de andere.
Maar nog veel erger was de pest die toen volgde: er was geen huis waar niet een dode te betreuren viel, overal hoorde je er het kermen van de onverzorgde zieken en de straten waren vergeven van de lijkenstank. Men durfde zijn beste vrienden niet meer te bezoeken, wie de ziekte kreeg, kon geen verzorging vinden. De stervenden werden op straat gesleept, maar niemand durfde de gestorvenen te begraven.
Toen kwamen de christenen tevoorschijn, die tijdens de heftige vervolgingen de stad uit gevlucht waren. Zij hadden geleefd in de woestijn of op wrakke schepen, ze waren afgemaakt als wilde dieren wanneer ze gevonden werden. Maar nu toonden ze zich openlijk en gingen de besmette huizen binnen om zieken te verzorgen en de doden te begraven. Velen van hen werden zelf slachtoffer van hun liefdewerk, maar hun moedig voorbeeld trok weer anderen naar de stad om hun arbeid voort te zetten, drie jaar lang, in 261, 262 en 263, tot de pest voorbij was. Terecht worden deze moedige slachtoffers vereerd als martelaren, zij hebben immers met hun leven getuigenis afgelegd van de liefde van Christus die in hun leefde, zodat zij hun leven gaven, niet slechts voor hun vrienden maar voor hun vijanden. Hun grote aantal is niet bekend, maar onder hen bevonden zich veel priesters en diakens. In latere eeuwen werd hun voorbeeld gevolgd door de monniken, die vanuit de woestijn naar de stad kwamen wanneer daar een besmettelijke ziekte heerste.
Patriarch Dionyssios die het allemaal had meegemaakt, schrijft in zijn paasbrief:
‘Voor allen is het nu de tijd om feest te vieren, maar voor ons is alles vervuld van tranen, overal heerst rouw en heel de stad kreunt door de menigte van doden en stervenden. Het is weer als in de tijd toen de eerstgeborenen van Egypte waren gedood: een eindeloze klaagzang weerklinkt, geen huis is er zonder dode. En dan nog zou ik wensen dat dit alles was, maar voordat de pest uitbrak, hoeveel ellende hebben we toen al niet moeten doorstaan! We werden weggedreven naar de verbanning, we werden vervolgd en ter dood gebracht. Toen kwamen de oorlog en de hongersnood, die ook de heidenen trof, evenzeer als ons. En nu worden we overvallen door deze pest, die voor de heidenen het verschrikkelijkste is wat hun kan overkomen, terwijl het voor ons meer een oefenschool is. Het grootste deel van onze broeders heeft zichzelf in geen enkel opzicht gespaard en heeft zich dag en nacht ingezet om te voorzien in de algemene nood, heeft onophoudelijk ook hun zieken verzorgd en hun alle liefde betoond. En velen van hen zijn, terwijl ze anderen beterschap brachten, zelf slachtoffer geworden. Juist de besten van onze broeders hebben zo hun leven gegeven, priesters en diakens en aanzienlijke leken. Zulk een dood, met zoveel vroomheid en vurig geloof, lijkt me niet ver af te staan van het echte martelaarschap. Onze mensen namen de lichamen van deze heiligen in hun blote handen en droegen ze aan hun borst; ze reinigden hun ogen en sloten hun mond; zij strekten de verwrongen ledematen en wasten en kleedden die lichamen voor de begrafenis, totdat ook aan henzelf die dienst moest worden verricht. Hoe anders ging het toe bij de heidenen. Wanneer iemand ziek werd dan durfden zelfs zijn beste vrienden zich niet meer bij hem te vertonen. De stervenden werden zonder meer op straat geworpen en de doden liet men onbegraven liggen om de panische angst die er heerste voor contact met hen die door de ziekte waren aangestoken.’
De heilige Digna was een prinses uit het Franse koningshuis. Zij had haar maagdelijkheid aan de Heer gewijd en leefde teruggetrokken een ascetisch leven. Wel begaf zij zich onder de armen om hen bij te staan in hun nood. Tegen het jaar 700 trok zij naar Beieren waar ze enkele kloosters stichtte en waar ze, op gevorderde leeftijd, in de Heer ontslapen is.
Martelaressen Kyrianna en Akylina
https://orthodoxasten.nl/evenementen/he ... e-dag-420/
Moge de Heer u zegenen vanuit Sion, moogt gij het welzijn van Jeruzalem zien al uw levensdagen