Gaitema schreef:Het volgende gedeelte dan maar:
Mattheüs 9:27-31
Jezus maakt twee blinde mensen beter
27 Toen Jezus weer verderging, kwamen er twee blinde mensen aan. Ze liepen met hem mee en riepen: ‘Zoon van David! Heb medelijden met ons!’ 28 Toen Jezus een huis binnenging, kwamen de twee blinden naar hem toe. Jezus vroeg aan hen: ‘Geloven jullie dat ik je kan helpen?’ Zij antwoordden: ‘Ja, Heer!’
29 Jezus raakte hun ogen aan en zei: ‘Jullie geloven dat ik je kan helpen. Dat zal ook gebeuren.’ 30 Toen konden de blinden zien.
Jezus waarschuwde hen. Hij zei: ‘Denk erom, niemand mag weten wat er gebeurd is.’
31 Maar toen ze weggingen, vertelden ze het toch. Het nieuws over Jezus werd bekend in het hele land.
Uit: Bijbel in Gewone Taal
© 2014 Nederlands Bijbelgenootschap
Hier wordt Jezus voor het eerst in Mattheüs met de titel "Zoon van David" aangesproken. Het was bekend dat de Messias een afstammeling van David zou zijn. Deze blinden erkenden dus Jezus als Messias.
Ze konden dat weten uit bijv. Jesaja 9:6. Deze aanspreektitel geeft dus al aan dat deze blinden dat geloofden. In Jesaja staat ook al aangegeven dat de Messias blinden de ogen zou openen.
Jes. 29:18 Te dien dage zullen de doven Schriftwoorden horen, en van donkerheid en duisternis verlost, zullen de ogen der blinden zien.
Jes. 35:5 Dan zullen de ogen der blinden geopend en de oren der doven ontsloten worden;
Jes. 42:7 Om blinde ogen te openen, om gevangenen uit de kerker te leiden, uit de gevangenis wie in duisternis gezeten zijn.
Dat wordt allemaal in verband gebracht met het komende Vrederijk, waarin we in Jezus tijd al een voorvervulling zien.
Maar eerst is er bekering nodig voor het volk wanneer ze Jezus zullen erkennen als Hij verschijnt op de Olijfberg en als ze zullen huilen om Hem die ze doorstoken hebben.
Natuurlijk wil Jezus dat de geestelijke blindheid wordt weggenomen. Maar als je die zelf niet bemerkt dan vraag je daar ook niet om.
Ieder mens heeft ergens wel blinde vlekken in zijn geloof, Dat zijn de Joden niet alleen, Als we dat maar erkennen en Jezus vragen ons ziende te maken.
In Johannes 9 lezen we ook dat een blinde wordt genezen. In een gesprek met de Farizeeën zegt Jezus in vers 41:
Indien gij blind waart, zo zoudt gij geen zonde hebben; maar nu zegt gij: Wij zien; zo blijft dan uw zonde.
We hebben in dit leven aldoor te maken met "blinde wegwijzers", met verkeerde beïnvloeding, met gedachten die de verkeerde kant op willen.
Laten we daarom maar voortdurend tot Jezus gaan en Hem vragen onze blindheid weg te namen. Alleen dan zullen we helder kunnen zien.
Rom.12:21 Laat u niet overwinnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede.