In Amerika…
1821 - Williamson County, Tennessee: In zijn boek “The Natural and Aboriginal History of Tennessee” beschrijft auteur John Haywood "zeer grote" botten in stenen graven. Een “oud fort” bevatte skeletten van reusachtige afmetingen van gemiddeld minstens 2m10 groot.
1833 – Lampeck/Lompock Rancho, California: een groep soldaten vond de botten van een man van 3m60 onder een hoop keien met onbegrijpelijke symbolen. Het skelet was omringd met reusachtige wapens en de schedel had een dubbele rij tanden, zowel bovenaan als onderaan. Deze reus leek op een andere reusachtige man die werd gevonden in Santa Rosa Island, California. Onderzoek heeft aangetoond dat de reus of zijn afstammelingen zich te goed zouden hebben gedaan aan kleine olifanten die eens op het eiland zouden hebben geleefd en nu ook verdwenen zijn.
1856 – East Wheeling, West Virginia: een skelet van 3m28 werd gevonden bij het omploegen van een wijngaard.
1876 – Wisconsin: Dr. J.N.DeHart vond in grafheuvels rugwervels die groter waren dan normaal.
1877 – Kansas City: W.H.R.Lykins ontdekte in omgeving van Kansas City schedelbotten van grote afmetingen.
1877 – Spring Valley, Eureka, Nevada: Vier goudzoekers vonden een zeer oud, bijna zwart menselijk beenbot en knieschijf in hard, donkerrood kwartsiet gesteente. Na verdere uitgraving bleek de vondst te bestaan uit het beenbot dat 10cm boven de knieschijf was afgebroken, de knieschijf, de botten van het onderbeen en de volledige beenderen van de voet. Verschillende dokters onderzochten de overblijfselen en kwamen tot de conclusie dat ze inderdaad tot een mens had behoord, en zelfs een zeer moderne mens. Een gekke was dat de afmeting van knie tot hiel 97,5cm bedroeg. De eigenaar van de botten zou dus groter dan 3m60 zijn geweest. Verder werd de rots waarin de beenderen zaten verborgen gedateerd in het Jurrasic, de tijd van de dinosaurussen, meer dan 185 miljoen jaar geleden.
1879 – Brewersville, Indiana: In een grafheuvel vlakbij Brewersville, Indiana, werd een 2m90 skelet opgegraven. (Indianapolis News, 10 november 1975).
1880 – Zanesville, Ohio: Dr. Everhart vond bij grafheuvel exploraties een kist van klei met een zandstenen plaat en hiërogliefen met daarin een skelet van enorme afmetingen. (American Antiquarian, v3, 1880, pg61).
1880 – Sayre, Bradford County Pennsylvania: in een oude grafheuvel vond men beenderen van 2m10. Maar het opmerkelijkste was niet hun lengte, maar de vreemde hoorn-achtige uitsteeksels boven de wenkbrauwregio op hun schedels. Er werd geschat dat ze werden begraven rond 1200 na christus. Volgens sommige bronnen werden de skeletten naar de "American Investigating Museum" in Philadelphia gezonden, en verdwenen.
1883 – Warren, Minnesota: In een grafheuvel werden 10 skeletten van gigantische omvang, zowel vrouwelijk als mannelijk gevonden. (St. Paul Pioneer Press, May 23, 1883).
1884 – Kanawha County, West Virginia: In een grafheuvel die vergelijkbaar was met een tempelkamer vond men een skelet van 2m25 (American Antiquarian, v6, 1884 133f. Cyrus Thomas, Report on Mound Explorations of the Bureau of Ethnology, 12th Annual Report, Smithsonian Bureau of Ethnology, 1890-91)
1885 – Gasterville, Pennsylvania: Een grote grafheuvel in de buurt van Gasterville bevatte een kluis met inscripties met daarin een skelet van 2m15. (American Antiquarian, V7, 1885, 52f).
1885 – Yosemite Valley: mijnwerkers ontdekten in een grot, achter een muur van rots de gemummificeerde resten van een vrouw van 2m die een kind vasthield.
1888 – Minnesota: 7 skeletten van 2m10 tot 2m40 (St. Paul Pioneer Press, June 29, 1888).
1891 – Crittenden, Arizona: werkmannen groeven bij de constructie van een commercieel gebouw een gigantische stenen sarcofaag op met daarin een granieten mummiekoffer waar ooit een lichaam van 3m60 had ingezeten. Inkervingen in het graniet wezen erop dat hij 12 tenen had gehad. Het lichaam was echter tot stof vergaan.
1895 – Toledo, Ohio: in een grafheuvel vond met 20 zittende skeletten oostwaarts gericht met kaken en tanden die twee keer zo groot waren als die van huidige mensen, met naast elk skelet een grote kom met merkwaardige hiëroglyfische symbolen. (Chicago Record, Oct. 24, 1895; cited by Ron G. Dobbins, NEARA Journal, v13, fall 1978)
1896 – Koronis Lake, Minnesota: op de Beckley boerderij werd het skelet van een reusachtige man ontdekt terwijl op Moose Island en Pine City botten van andere reuzen aan het licht kwamen. (St. Paul Globe, 12 augustus 1896)
1911 – Lovelock, Oosten van Reno, Nevada: Tijdens guano ontmijning werden in de Lovelock grot verschillende roodharige mummies gevonden van 2m tot 2m40. Deze botten onderbouwden de legenden van de lokale Piute Indianen, van wat zij de Si-Te-Cahs noemden. Om een of andere reden wilden wetenschappers deze vondsten niet onderzoeken en zijn dus veel beenderen verloren gegaan. Gelukkig werd een van de reuzeschedels van Lovelock bewaard. Hij meet bijna 30cm en is, samen met andere Lovelock artefacten, te bezichtigen in het Humboldt Museum in Winnemucca, Nevada. Sommige andere artefacten kunnen ook bezichtigd worden in het Nevada State Historical Society’s Museum in Reno.
1920 – Bear Creek, Montana: in de Eagle Three kolenmijn werden 2 menselijke maaltanden gevonden die drie keer zo groot waren dan normaal.
1923 – Grand Canyon, Arizona: Mr. Samuel Hubbard ontdekte overblijfselen van reuzen. Twee mensen van ongeveer 5m40 en 4m50 en een groot aantal voetafdrukken van een reuzenras waarvan de volwassenen 5m10 tot 6m waren (vergelijkbaar in afmetingen met de Carson City en Blue Ridge voetafdrukken).
1925 – Sisoguiche, Mexico: Een groep mijnwerkers vond skeletten van 3m tot 3m60 met voeten van 45 tot 50cm groot. (Washington Post, June 22, 1925, en New York Herald-Tribune, June 21, 1925)
1926 – Nayarit, Mexico: D.W. Page en F.W. Devalda ontdekken een reuzenras die gemiddeld groter waren dan 3m. Lokale legenden zeiden dat ze van Ecuador kwamen. (krantenknipsel Nayarit, Mexico, May 14, 1926)
1927 – Tapextla, Mexico: ontdekkers vonden een ras van “gigantische afmetingen” nabij Tapextla. (The Los Angeles Times, October 2, 1927)
1931 – Lovelock, Nevada: grote skeletten werden gevonden in de rivierbedding van de Humboldt. Het eerste skelet was 2m55 en het tweede bijna 3m. (Review – Miner, June 19, 1931).
1932 – White Sands, New Mexico: Ellis Wright vond menselijke afdrukken in gipssteen. Dit werd later bevestigd door anderen zoals Fred Arthur, opzichter van het Lincoln National Park die meldden dat elke voetafdruk 55cm groot was en 20 tot 25 cm breed.
1936 – Lake Elyasi, Midden Afrika: de Duitse paleontoloog en antropoloog Larson Kohl ontdekte botten van reusachtige mensen aan de kust van het Elyasi meer. In Hava, the Transvaal en China werden later andere reusachtige beenderen gevonden.
1939 – Lovelock, Nevada: Op de Friedman ranch werd een skelet van 2m27gevonden. (Review – Miner, Sept. 29, 1939)
1939-1945 – Shemya, Aleoeten, Alaska: Een ingenieur vond tijdens WO II bij de bouw van een landingsstrook in een heuvelgroep sedimentaire lagen van menselijke resten. De gevonden schedels waren tot 60cm van basis tot kroon (terwijl een normale schedel ongeveer 15cm is). De eigenaars zouden minstens 3m60 of langer zijn geweest. Bovendien zou er in elke schedel een mooi gat hebben gezeten in het bovenste gedeelte. Deze praktijk van afvlakking van kinderschedels om te groeien in een langwerpige vorm werd ook opgemerkt bij de Maya’s en de Fladhead indianen van Montana. Kennelijk werden de beenderen opgehaald door het Smithsonian Institution maar werden de gegevens nooit vrijgegeven.
1947 – Death Valley: een locale krant vermeld de ontdekking van een skelet van 2m70 door amateur archeologen.
Late jaren 1950 – Homs, Turkey, Texas: Bij wegenbouw werden vele graftombes van reuzen opgegraven. Deze graftombes waren 4 meter lang en toen men ze open deed, waren in 2 gevallen de menselijke dijbenen 1m18 lang. Ze hebben berekend dat de eigenaar met dergelijk dijbeen vermoedelijk 4m20 tot 4m80 groot zou zijn geweest. Een afgietsel van dit bot is te bezichtigen in het Creationist Museum in Texas.
1965 – East-central Kentucky: Langs de Holly Creek werd een skelet van 2m62 begraven gevonden onder een rots.
1973 – Buffalo Mills, Pennsylvania: op 19 augustus werd er een levende reus gezien. Een man van minstens 2m70 liep door de hoofdstraat van het dorp, gekleed in een vreemde kleding die leek gemaakt te zijn van een soort glimmend materiaal. Hij staarde op een donkere doordringende manier naar de geschrokken dorpelingen en liep vervolgens achteloos de vergetelheid in.
In Clearwater Minnesota werden beenderen van zeven reuzen gevonden in grafheuvels. Ze hadden terugwijkende voorhoofden en een volledige dubbele gebit.
Zie voor de rest van deze opsomming:
http://www.wijwordenwakker.org/content.asp?m=P928