Dat ze in Jezus tijd verblind waren dan is dat in ieder geval niet door het Woord van God maar door hun zinnen. En bovendien herken ik persoonlijk niets van enige vervorming, behalve als ik de NBV lees. Zijn uitspraken waren zeker niet lief en zeker niet op Zijn mond gevallen en gelukkig maar, dan bevind ik mij in goed gezelschap tot ergernis van de christelijke forumsbezoekers en beheerder. Je moet vooral de oren "kittelen" dat streelt de mens in die dagen en er is totaal niets veranderd.robert75 schreef:Wat wij vooral doen als wij de Bijbel lezen, Dan vooral de uitspraken van Christus, dat we dat vertalen en lezen in 21e eeuwse context. En daardoor vervormd het een beetje. In de tijd van Christus waren zijn uitspraken allerminst lief. Christus was niet op zijn mondje gevallen in ieder geval, En die zei met letterlijke woorden wat hij bedoelde, En in zijn tijd dat hij leefde, In 1e eeuwse context gingen die woorden rechtstreeks in tegen de toenmalige gedachtegeest. We lezen dat ook in de Zaligspreking, Waarin Christus meerdere malen hun gedachtegeest benadrukt met de woorden: U hebt gehoord". Maar ik zeg u""
In de tijd van Jezus waren ze verblind geraakt van het Woord van God, Letterlijk. Zo erg zelfs dat ze de Messias niet eens zagen, Ze waren zo blind geworden door hun eigen tradities dat het woord van God krachteloos was geworden, Zo lezen we dat bv ook bij de rijke jongeman. Waarin hij vraagt wat moet ik doen om het koninkrijk te beërven ,Het antwoord was Jezus was vervolgens, Je kent de geboden, Vervolgens somt hij ze op en zegt je moet nog een ding doen. Verkoop alles wat je hebt en geef het aan de arme. Vervolgens ging die rijke jongeman bedroeft weg, Want hij had veel bezittingen. Christus zijn antwoord was vervolgens: dat een rijke moeilijk het Koninkrijk der hemelen kan binnengaan.
Helaas is de leer van de kerken zoals de uitverkiezing precies hetzelfde. Er is wat dat betreft ook niets veranderd.Zijn apostelen stonden versteld en hun reactie was dan ook, Wie kan dan zalig worden? En dat was de gedachtegeest uit die tijd. Ze dachten al verlost te zijn door hun Joods zijn, Maar als je rijk was zoals deze jongeman was, Stond je letterlijk bij God in de gunst. Dus als een rijke jonge Jood nog niet eens in de hemel kon komen, wie dan wel. Dat was de gedachtegeest van die tijd.
De Barmhartige Samaritaan dus het uitschot in die tijd was de Naaste in alle opzichten van die man die gewond langs de weg lag toch, het is toch een beeld van Christus Die de man op Zijn rijdier zette vooruitbetaald en na 2 dagen terug zou komen? Toch niet andersom?We lezen dat ook in Lukas 10, Waarin Jezus 2 mensen noemt als voorbeeld, Namelijk een priester, en een Leviet. Wie waren er het meest gezegend in die tijd volgens hun gedachtegeest, Levieten en Priesters, En Christus zegt dus eigenlijk dat die heidense Samaritaan die barmhartigheid toonde zijn naaste was. Waarmee hij benadrukt dat hij meer aanzien had als de priesters en Levieten, Die totaal niet barmhartig waren tegenover de heidenen. Die werden behandeld als hondjes, Die waren vies. Dit woord van Christus die voor ons lief overkomt was in die tijd helemaal niet lief, Maar die ging rechtstreeks in tegen hun denken.
De Samaritaan was niet heidens, het was de inwoner van hoofdstad van het 10 stammenrijk, Samaria. Of begrijp ik je verkeerd?
De Barmartige Samaritaan was de Naaste. Toch niet omgedraaid.
Wie was die man dan? Er was geen sprake van heidenen. Er was sprake van de 2 en de 10 stammen. Heidenen uit alle andere volkeren komen pas in beeld in Handelingen.