Beter goed gejat dan slecht bedacht denk ik dan maar.
Wat baat dan wel.. is dan mijn eerste gedachte.
Er staan belangrijke zinnetjes in.. waarvan ik denk dat dat de kern is waar alle strijd om draait.
-Kan die (verlicht-liberale) meerderheid respect opbrengen voor religie zonder de verworvenheden van de secularisering in gevaar te brengen?
-..de actuele betekenis van religie in een postseculiere samenleving. In die samenleving, divers en gepolariseerd, moeten aanhangers van seculiere opvattingen en religieuze tradities de potentiële waarde van het andere perspectief erkennen en daarover met elkaar in dialoog treden. Daarbij moet religie zich niet afsluiten voor kritiek en de waarde van individuele keuzevrijheid, ook inzake godsdienst, erkennen.
https://www.nrc.nl/nieuws/2021/05/06/co ... t-a4042636
Religiekritiek Het literaire werk van schrijvers als Lale Gül en Franca Treur wijst de weg naar respectvol samenleven, denkt Koen Holtzapffel.
De door hoofdpersonage Büsra in Ik ga leven geuite religiekritiek is voor iedere gelovige de moeite van het overdenken waard („culturen en religies zijn een product van ons verlangen om onze sterfelijkheid te vergeten”).
Güls boek wordt nogal eens vergeleken met het ruim tien jaar eerder geschreven Dorsvloer vol confetti van Franca Treur. Natuurlijk zijn er overeenkomsten tussen Gül en Treur zoals er ook overeenkomsten zijn tussen de hoofdpersonen van de romans, Büsra en Katelijne Minderhoud. Beide auteurs hebben Nederlands gestudeerd en schrijven een bestseller waarin zij kritiek uiten op het orthodoxe milieu waaruit ze afkomstig zijn.
Een milieu waarin de waarheid in beton gegoten is, niks mag en God alles ziet. Het zijn milieus waar de verlicht-liberale meerderheid in Nederland zich nauwelijks meer iets bij kan voorstellen.
Wat betekenen boeken als van Gül nu voor de opstelling van de verlicht-liberale meerderheid die een seculier waarden- en normen patroon aanhangt? En die dus grote waarde hecht aan individuele autonomie en vrijheid van meningsuiting, scheiding van kerk en staat, gelijkheid van man en vrouw, gelijke behandeling van homo’s en hetero’s. Kan die meerderheid respect opbrengen voor religie zonder de verworvenheden van de secularisering in gevaar te brengen?
Treurs genuanceerde benadering deed me denken aan een pleidooi van de inmiddels hoogbejaarde filosoof Jürgen Habermas. Na de aanslagen van 2001 kreeg hij meer oog voor de actuele betekenis van religie in een postseculiere samenleving. In die samenleving, divers en gepolariseerd, moeten aanhangers van seculiere opvattingen en religieuze tradities de potentiële waarde van het andere perspectief erkennen en daarover met elkaar in dialoog treden. Daarbij moet religie zich niet afsluiten voor kritiek en de waarde van individuele keuzevrijheid, ook inzake godsdienst, erkennen.
Omgekeerd moeten seculiere burgers zich niet afsluiten voor het betekenispotentieel van religies als het gaat om de beantwoording van de vraag naar de zin van het leven. Religies bewaren een tegoed aan rituelen, beelden, verhalen, wijsheid en morele inspiratie die ook voor seculieren van belang kunnen zijn. Denk alleen al aan de existentiële vragen rond ons menselijk tekort en de eindigheid, maakbaarheid en kwetsbaarheid van ons leven. Denk ook aan vragen rond schuld en verantwoordelijkheid, troost en dankbaarheid.