ineke-kitty schreef:Overigens wordt in Ezechiel 28:14 uitdrukkelijk gesproken over een gezalfde, overdekkende cherub, en niet over de "man" die tot bijna in een goddelijke positie verheven was. Zoals ik al eerder in het andere topic uiteen heb gezet, is de vorst [man] van Tyrus een type of beeld van de satan.
Ik lees Ezechiel 28 als één geheel. Het gaat eerst over Tyrus, daarna over Sidon. Samen vormen deze twee steden Fenicië. Zoals ik al eerder heb genoemd, wordt in 28:2 expliciet gesteld dat de koning van Tyrus een mens is. In 28: 9 wordt dit nog eens herhaald. Deze man was wijzer dan Daniël. Hij had een zeer grote wijsheid. Met die wijsheid, met name in de koophandel, vermeerderde hij zijn vermogen (28: 4 en 5). Maar juist in die koophandel heeft hij onrecht bedreven (28: 16 en 18). Daardoor is zijn wijsheid bedorven en heeft God hem van zijn positie gestoten, zodat de koningen op hem neerzien (vers17) en hij zal sterven door de hand van vreemden (vers 10).
Het woord "gezalfde" komt voor in de Statenvertaling en gaat terug op een moeilijk te vertalen woord. De Nieuwe Vertaling en de Septuaginta hebben het woord "uitgebreid" (uitgebreide vleugels). Met dat "gezalfde" komen we denk ik niet verder, want ik vind het logisch om hier aan uitgebreide, overdekkende vleugels te denken. (In vers 16 komt "gezalfde"niet meer terug, "overdekkende"wel).
Wat overdekte de cherub uit Ezechiël 28? De cherubs in de tabernakel/tempel overdekten het verzoendeksel boven de ark. Zo kan de cherub uit Ezechiël 28 zijn rijkdom overdekken. Zo was de positie van de koning van Tyrus ten opzichte van zijn rijkdom. Daarin schuilt een grote verleiding. De koning van Tyrus heeft van zijn rijkdom een afgod gemaakt en is daarom gevallen.
Type
Het woord "type" wordt in het Nieuwe Testament gebruikt voor gebeurtenissen, personen en ceremoniële handelingen. De doortocht door de Rode Zee en de woestijntocht zijn opgetekend als voorbeeld en ter waarschuwing (1Kor 10). De zondvloed is een voorbeeld van de doop (1Petrus 3). Adam is een type van de komende Christus (Romeinen 5), evenals Mozes, Jozua (Hebr 3 en 4) en Melchizedek (Hebr 7). De hele eredienst van Israël was typisch (Bron: J. Francke, 1974. De morgen der mensheid).
Los van de typen die de Bijbel noemt, kan je vele andere typen vinden. Dat lijkt me ook vrijheid van de Geest. Dat Ezechiël 28 als type van Satan kan worden uitgelegd lijkt me geen bezwaar. Maar dat is dus best subjectief en bewijst op geen enkele manier dat Satan een cherub is.