Tufkah schreef: ↑24 jul 2024, 10:08
Mijn uitleg is dan ook dat Jezus vraagt om alles te accepteren wat zich "In het moment" voordoet. En je wens-natuur (eigenwillendheid) te negeren.
Ik heb dat in de Bijbel Jezus helemaal niet aan mensen zien vragen.
Integendeel!
Hier bv. allemaal mensen die met hun wens-natuur hun ziekte niet wilden accepteren en om genezing vroegen ....en kregen waar ze om vroegen !!!
Matteüs 8:1-4: Jezus geneest een man met een huidziekte.
Matteüs 8:5-13: Genezing van de dienaar van de centurio.
Matteüs 8:14-15: Genezing van de schoonmoeder van Petrus.
Matteüs 8:16-17: Jezus geneest velen die bezeten waren en zieken.
Matteüs 9:1-8: Genezing van een verlamde man.
Matteüs 9:18-26: Opwekking van het dochtertje van Jaïrus en genezing van de vrouw die twaalf jaar aan bloedingen leed.
Matteüs 9:27-31: Genezing van twee blinden.
Matteüs 9:32-34: Genezing van een stomme man die bezeten was.
Matteüs 12:9-14: Genezing van een man met een verschrompelde hand.
Matteüs 12:22-23: Genezing van een blinde en stomme man die bezeten was.
Matteüs 14:14: Jezus geneest velen in een grote menigte.
Matteüs 14:34-36: Genezing in Gennesaret van allen die hem aanraakten.
Matteüs 15:21-28: Genezing van de dochter van een Kanaänitische vrouw.
Matteüs 15:29-31: Genezing van velen bij het Meer van Galilea.
Matteüs 17:14-21: Genezing van een maanzieke jongen.
Matteüs 20:29-34: Genezing van twee blinden bij Jericho.
Marcus 1:23-28: Genezing van een man in de synagoge die bezeten was.
Marcus 1:29-31: Genezing van de schoonmoeder van Petrus.
Marcus 1:32-34: Jezus geneest velen die ziek waren of bezeten.
Marcus 1:40-45: Genezing van een man met een huidziekte.
Marcus 2:1-12: Genezing van een verlamde man.
Marcus 3:1-6: Genezing van een man met een verschrompelde hand.
Marcus 5:1-20: Genezing van een man die bezeten was door een legioen demonen.
Marcus 5:21-43: Opwekking van het dochtertje van Jaïrus en genezing van de vrouw die twaalf jaar aan bloedingen leed.
Marcus 6:53-56: Genezing in Gennesaret van allen die hem aanraakten.
Marcus 7:24-30: Genezing van de dochter van een Syro-Fenicische vrouw.
Marcus 7:31-37: Genezing van een dove man die moeilijk sprak.
Marcus 8:22-26: Genezing van een blinde man in Betsaïda.
Marcus 9:14-29: Genezing van een jongen die bezeten was door een onreine geest.
Marcus 10:46-52: Genezing van de blinde Bartimeüs bij Jericho.
Lucas 4:31-37: Genezing van een man in de synagoge die bezeten was.
Lucas 4:38-39: Genezing van de schoonmoeder van Simon Petrus.
Lucas 4:40-41: Jezus geneest velen die ziek waren of bezeten.
Lucas 5:12-16: Genezing van een man met een huidziekte.
Lucas 5:17-26: Genezing van een verlamde man.
Lucas 6:6-11: Genezing van een man met een verschrompelde hand.
Lucas 7:1-10: Genezing van de dienaar van een centurio.
Lucas 7:11-17: Opwekking van de zoon van de weduwe van Naïn.
Lucas 8:26-39: Genezing van een man die bezeten was door een legioen demonen.
Lucas 8:40-56: Opwekking van het dochtertje van Jaïrus en genezing van de vrouw die twaalf jaar aan bloedingen leed.
Lucas 9:37-43: Genezing van een jongen die bezeten was door een onreine geest.
Lucas 13:10-17: Genezing van een vrouw die al achttien jaar ziek was.
Lucas 14:1-6: Genezing van een man die aan waterzucht leed.
Lucas 17:11-19: Genezing van tien melaatse mannen.
Lucas 18:35-43: Genezing van een blinde bedelaar bij Jericho.
Lucas 22:50-51: Genezing van het oor van de slaaf van de hogepriester.
Johannes 4:46-54: Genezing van de zoon van een hoveling.
Johannes 5:1-15: Genezing van een man die al achtendertig jaar ziek was bij het bad van Bethesda.
Johannes 9:1-12: Genezing van een man die blind geboren was.
Johannes 11:1-44: Opwekking van Lazarus uit de dood.