Alpha schreef: 23 apr 2025, 11:44
Lees eerst het hele verslag, voordat je reageert.
Begin eens in hand 22:
1 ‘Mannen, broeders en vaders, luister naar mijn verdediging.’
2 Toen ze hoorden dat hij hen in het Hebreeuws toesprak, werd het nog stiller. Hij zei:
3 ‘Ik ben een Jood, geboren in Tarsus in Cilicië, maar in deze stad onderwezen aan de voeten van Gamaliël. Mij is geleerd om me strikt te houden aan de wet van onze voorouders, en ik heb net zo veel ijver voor God als jullie.
4 Ik heb de mannen en vrouwen van deze Weg tot de dood toe vervolgd door ze in boeien te slaan en aan gevangenissen over te leveren.
5 De hogepriester en de hele raad van oudsten kunnen daarvan getuigen. Van hen kreeg ik ook brieven voor de broeders in Damaskus, en ik was op weg om degenen die daar waren, te boeien en naar Jeruzalem te brengen om te worden gestraft.
6 Maar terwijl ik onderweg was en dicht bij Damaskus kwam, rond het middaguur, werd ik plotseling omgeven door een fel licht uit de hemel.
7 Ik viel op de grond en hoorde een stem zeggen: “Saul, Saul, waarom vervolg je mij?”
8 Ik zei: “Heer, wie bent u?” Hij antwoordde: “Ik ben Jezus de Nazarener, die jij vervolgt.”
9 De mannen die bij me waren, zagen wel het licht, maar hoorden niet de stem van degene die tegen me sprak.
10 Toen zei ik: “Wat moet ik doen, Heer?” De Heer zei tegen me: “Sta op, ga naar Damaskus. Daar zul je precies te horen krijgen welke taak je is opgelegd.”
11 Omdat ik door de schittering van het licht niets meer kon zien, namen degenen die bij me waren me bij de hand en brachten me naar Damaskus.
12 Ananias, een diepgelovig man die naar de wet leefde en over wie door alle Joden die daar woonden positief werd gesproken,
13 kwam naar me toe. Hij kwam bij me staan en zei: “Saul, broeder, je kunt weer zien!” Op hetzelfde moment keek ik op en ik kon hem zien.
14 Hij zei: “De God van onze voorvaders heeft jou uitgekozen om zijn wil te leren kennen en de rechtvaardige te zien en de stem van zijn mond te horen.
15 Jij moet namelijk voor hem bij alle mensen een getuige zijn van de dingen die je gezien en gehoord hebt.
16 Waarom aarzel je nog? Sta op, laat je dopen en was je zonden weg door zijn naam aan te roepen.” NWV.
In Handelingen 26 staat hij voor koning Herodes Agrippa II zijn verdediging te voeren.
Hij bezocht samen met zijn zuster Bernice omstreek2 58 n.C. een beleefdheidsbezoek aan de bestuurder Festus, zijn zwager. (Han 25:13)
Hij was blij met Agrippa omdat hij een man die „zeer goed op de hoogte was van alle gebruiken, zowel als de twistpunten die er onder de joden zijn” (Han 26:1-3).